Bouwverslag torpedoboot "Zobel-klasse"

Een paar jaar geleden kon ik voor een prikkie via het forum een bouwdoos van een "Wiesel" overnemen. De Wiesel is de 2e boot van de Zobel-klassen, een Torpedoschnellboot van de Duitse Bundesmarine.
Aangezien ik ondertussen aardig op de hoogte ben van de Duitse Schnellboote uit WO II, leek het me wel leuk om een van hun opvolgers te bouwen. En aangezien dit "old-school" modelbouw zou worden, was het nóg leuker...
De kit is van Graupner en dateert uit 1973. In mijn beginjaren van scheepsmodelbouw heb ik er wel eens verlekkerd naar staan kijken, maar het budget was toen (nog) niet toereikend. Wél heb ik een paar jaar later de "Schütze" van concurrent Robbe omgebouwd tot torpedoboot. Een mijnenveger... Da's toch een vrij laf type boot....
Op zich was die ombouw helemaal niet zo vreemd, want beide rompen leken best wel op elkaar, alleen de machinekamer van de Zobel-klasse bevatte iets meer PK's...

Ook mijn "Zobel-klasse" (Ik heb nog geen naam voor het model; "Wiesel" zal ze in ieder geval niét gaan heten!) krijgt wat meer power in het achteronder dan de Schütze destijds.

Mijn Schütze uit 1978 had 2 Navy Compact "lawaaimachines" in het achteronder liggen. Nooit een geluidsgenerator voor nodig gehad!
De Zobel krijgt sowieso 3 motoren: centraal een echte "old-timer": de Marx Duoperm. (ooit op een modelbouwshow in Urk voor een tientje op de kop getikt.) Deze is voor de kruisvaart. (hoewel ik denk dat het met alleen deze motor nog rap genoeg gaat...)

(en nee, dit is niet de mijne... plaatje gejat van www.derlustigemodellbauer.de
Als het érg rap moet gaan krijgt hij assistentie van 2 x brushless BMI motoren.

De Duoperm heb ik inmiddels schoongemaakt en ingeolied; dat was wel nodig na zo'n tijd in de "Je weet nooit of ik dit nog kan gebruiken-kist". Vanmiddag eens aan een regelaar gehangen en genoten van het geluid. "Als een naaimachientje" zegt men wel eens... Nou dat gaat voor deze motor wel op.
De BL-collega's zijn vanmiddag ingeregeld met programmeerkaart: ook die lopen prachtig. Het verschil in geluid is dat van een ouwe, degelijke, niet-kapot-te-krijgen diesel (de Duoperm) en een ruimteschip uit Starwars in Warpdrive. (de BL-motoren)
Qua schroeven ga ik niet voor "schaal": ze krijgt 5 bladige sikkelschroeven. Minder "bubbels" op het water...

De Duoperm kan voor- en achteruit; de BL-motoren alleen vooruit. Daarmee bespaar ik wat geld, want een vooruit en achteruit-regelaar van deze motoren is redelijk aan de prijs.
Met de S139, die ook een dergelijk motorconcept heeft, heb ik goede ervaringen. Het gas van de middenmotor als "master", die van beide buitenste motoren als "slave" en dusdanig instellen dat "with the flip of switsch" beide buitenste motoren meedoen met de middelste. Als je dan hard moet remmen (voor een plotseling overstekende stapsteen bijvoorbeeld) trek je de knuppel voor de middenmotor hard naar je toe; de buitenste motoren staan dan meteen stil omdat die pas beginnen te draaien als de "masterknuppel" (van de zender dus, ja!!... Viespeuken....nweer boven de middenstand komt.

Qua roeren weinig bijzonders; er komen geen Lúrssenroeren onder; alle drie de roeren worden gewoon door één servo bewogen.

Verdere zaken die ik er in wil bouwen? Weet ik nog niet... De "kale" bouw zal op zich een beste klus zijn, want het is veel ABS uitsnijden / schuren, en veel houten delen. Ouderwetsch plakwerk!

En voor diegenen die nu nog steeds geen idee hebben waar ik het over heb:

(Plaatje gejat van de site van FMG Berlin)

 

geschiedenis

Een stukje geschiedenis van deze schepen:

Zobel-Klasse, gegevens
Type Torpedoschnellboot
Klasse 142
Eenheden 10 voor de Bundesmarine, meerderen voor export
Waterverplaatsing 206 ton
Lengte 42,6 meter
Breedte 7,1 meter
Diepgang 2,3 meter
Max snelheid 42 knopen (78 km/uur)
Actieradius 900 mijl
Bemanning 39 in totaal
4 officieren/17 onderofficieren/18 manschappen
Voorstuwing 4 schroeven, 4 x 20cyl MB-518C diesels
Vermogen 8.225 kW in totaal
Sensoren HSA M20 vuurleidingsradar
Bewapening
Oorspronkelijk 4 voorwaarts vurende torpedobuizen 53,3 cm
3 reserve - torpedo’s
2 x 40L70 Bofors snelvuurkanons
Achterste torpedobuizen konden weggehaald worden om plaats te maken voor mijnenrails en maximaal 23 “Ankertauminen”

Na modificatie 2 achterwaarts vurende torpedobuizen
2 x draadgeleidde torpedo's type DM2A
2 x 40L70 Bofors met centrale vuurleiding

Algemeen
De Zobel-klasse (formeel: Klasse 142) was de laatste ontwikkeling in de bouw van torpedoboten in Duitsland. In 1972, na de herbewapening naar draadbestuurde torpedo’s werden de schepen als Klasse 142 Mod aangeduid. De tien Duitse schepen werden op de Lürssen werf in Bremen en op de Kröger werf in Schlacht-Audorf gebouwd. En deden van 1961 tot 1984 dienst bij de Bundesmarine. Er werden zusterschepen voor buitenlandse marines gebouwd, en in Turkije werden de schepen in licentie gebouwd als Kartal-klasse. Deze hadden Penguin geleide raketten op het achterdek, in plaats van de achterste torpedobuizen en het 40mm geschut.

Taak
Tijdens de Koude Oorlog hadden de Duitse schepen tot taak de uitgangen van de Oostzee af te sluiten en de kustlijn tegen landingen te beschermen. De schepen van de Zobelklasse vormden het 7e Schnellbooteskader en waren in Kiel gehuisvest.

Constructie
De Zobel-Klasse was een verdere ontwikkeling van de Jaguar-klasse. De afmetingen stemmen overeen. De schepen werden in composietbouw samengesteld: een aluminium spantenraam, met daar overheen drie lagen houtbeplanking. De opbouw bestond uit aluminium. Alleen de brug en de geschutsopstellingen waren licht gepantserd. De modificaties naar Zobel-klasse bestonden o.a. uit een gesloten en vergrote brugopbouw. Hierdoor werd varen onder NBC-bescherming (Nucleair, Biologisch, Chemisch) mogelijk door middel van een aircosysteem met gasfilters. Tevens bood de grotere brug meer ruimte voor elektronica. Het meest opvallende kenmerk van de Zobel-klasse was de grote radarbol achter de brug. Ook de motorisering onderging een verbetering: als krachtbronnen stonden nu de MB51C diesels in het achteronder.

Bewapening.
Voor de modificatie bestond de bewapening uit 4, naar voren gerichte torpedobuizen die de Engelse Mk VIII 53,3cm torpedo afvuurden. Drie reserve-torpedo’s konden meegenomen worden. De Mk VIII was een conventionele torpedo met gasaandrijving. Hij was dus zichtbaar aan de hand van de “bellenbaan“. De achterste twee torpedobuizen konden verwijderd worden. In plaats daarvan werden rails op het dek gelegd en dan kon het schip 23 “Ankertauminen“ meenemen. Als secundaire wapens stonden twee 40mm Bofors snelvuurkanons aan dek, een voor en een achter de opbouw. Deze konden bij de klasse 142 Mod via een centrale vuurleiding achter de brug gecommandeerd worden. Vanaf 1970 werden de 4 voorwaarts gerichte torpedobuizen vervangen door 2 achterwaarts gerichte buizen. Hiermee konden de DM2A draadbestuurde torpedo’s mee afgevuurd worden. Deze waren geheel elektrisch (hadden dus geen bellenbaan) en waren veel effectiever dan de oude Engelse Mk VIII. Door deze modificatie konden de schepen echter geen mijnen meer leggen.

Het einde van een tijdperk
In de jaren ‚80 wird de Zobel-klasse vervangen door de Gepard-klasse. Deze had een raketbewapening. (MM-38 Exocet) Zeven Zobels werden aan de Turkse marine overgedragen. Deze werden daar niet in dienst genomen, maar opgelegd en langzaam maar zeker gekannibaliseerd voor onderdelen.

 

Goed opgemerkt Diede!

En ja, varen met deze combinatie doe ik al een tijdje met de S139. Het "oude zusterschip", zeg maar... Het moeilijkste was om de zender zodanig te programmeren dat bij "vol gas achteruit" de BL-motoren onmiddellijk stopten. Dat heeft me even "knoppenbonken" op de Futaba FF7 gekost.
Motoren in dat model: Oók twee BL van Spitz (Oké.. iets kleinere uitvoeringen)en centraal een Speed 500.

Vandaag een begin gemaakt met het dek. Nou ja... de randen van het dek waar uiteindelijk het feitelijke dek tussen moeten komen. Ik moet zeggen dat Graupner gedurende de laatste 40 jaar wél een leercurve heeft doorgemaakt! Want in 1973 (zo oud is de kit) had men een wel héél vreemde opvatting van het begrip "constructiestijfheid". Waarschijnlijk hadden ze er niet eens van gehoord...
Het dek leunt straks op een constructie van triplex plaatjes met als versteviging beuken balkjes. Dit geheel zit aan de zij- en achterkant van de romp vast.

Je moet dus deze constructie eerst in elkaar zetten voordat het geheel in de romp gelijmd wordt. Da's allemaal niet zo'n probleem ware het niet dat er diverse "kopse" houtverbindingen tussen zitten die nergens ondersteund worden. Het fenomeen "houtlas" is Graupner onbekend. Je moet het maar op een rechte meubelplaat in elkaar zetten en als de lijm droog is, het geheel oppakken (met 4 kopse lijmverbindingen en weinig verband in de constructie) en in je romp zetten om te passen. Vervolgens daar waar nodig corrigeren, de hele fragiele constructie weer uit je romp nemen, 2 componentenlijm aanmaken (NIET de snelle 10 minutensoort, want dat kom je tijd tekort!) romp insmeren met lijm, de constructie weer in de romp hijsen en de hele handel met lijmklemmen, elastieken, plakband en loden blokken vastzetten. Nu staat het handeltje te drogen... Ik ben benieuwd of het over een uur nog net zo netjes zit als dat ik het heb achtergelaten....

 

Ja, het zit nog steeds zoals bedoeld. Wel moet het deksel van de dek-opening behoorlijk bijgewerkt worden, maar dat zijn "minor details".
Belangrijker is dat er nu wat "verband" in de erg slappe romp begint te komen.

Daardoor kon ik nu ook Duoperm permanent plaatsen.
De bekende methode: amperemeter tussen accu en regelaar.
Verbruik van de motor los op 7,2V: 2,0A
Verbruik met schroefas aangesloten (met dubbele cardan) 2,2A.

De schroefas ligt zo plat als mogelijk in het model. Graupner tekent een behoorlijk steile hoek, maar dat is alleen maar verlies.
De toppen van de schroeven komen nu 5mm van de bodem van het model af, in plaats van 17mm.

 

Vandaag wat kleine dingetjes gedaan:

Roerinrichting: bestaat uit drie roeren. De bouwinstructies van Graupner zeggen dat je de hennegatskokers moet afzagen tot het niveau van de waterlijn. Doen we dus niet. Lekker lang laten, weinig tot geen kans op lekkage. (Zit sowieso vet in) Ook de stevigheid en samenhang van de afzonderlijke roerkokers deed me twijfelen. Dus: op de bodem drie stukjes aluminiumkoker-met-een-gat-erin gelijmd, daar bovenop een lang stuk alu met drie gaten erin gelijmd. Daar de roerkokers doorheen gevoerd en met 2C-lijm vastgelijmd. Nu staat het spul als een huis.
Roeren uitgericht en gekoppeld.
Fundatie gemaakt voor de plaat waar de roerservo straks in komt. Lekker dicht bij de roeren.

Een glasmatje in de boeg gelegd. (Je weet maar nooit)

Een begin gemaakt met het bakdek. Nu had de vorige eigenaar al een start gemaakt met het afsnijden van de overtollige hoeveelheid ABS van de scheepsromp, en bij de boeg was hij iets te enthousiast bezig geweest. Deels kan ik dat nog verhelpen, maar ik ontkom er waarschijnlijk niet aan om met L-vormige ABS strips boeg en bakdek netjes te verlijmen.

En toen zat de vakantie er weer op... Morgen weer aan 't werk. Helaas kost dat minimaal 8 uur modelbouwtijd per dag, aan de andere kant: het levert ook weer een deel modelbouwbudget op...

 

Dag Roel,
Dat gaat vast een mooi bouwverslag worden!
Wiesel, Puma... namen genoeg!

Hier wat inspirerende plaatjes!
Schnellboot Puma

Extra detail? Kijk eens hier...
SBW-Modellbau

Enige info 142 en 142A
schnellboot.net - SCHNELLBOOTE - BUNDESMARINE / DEUTSCHE MARINE

Tja... idem... lang gelee bij de HMBC, voer er een op 3x monoperm super specials... als de brandweer... zal zo 1974 geweest zijn... met klappertjes in de Bofors... Leidenschaft... en zodoende ook hier 'de nostalgie' nog netjes een in doos... een echte stok ouwe... uit 1976...
Gr Bas

 

Na een aantal "proef-opstellingen" de middenmotor gemonteerd.

Twee balsa latjes in de porienvuller gezet en toen (overdwars) in de romp gelijmd met 2C-kit.

De steun van de Duoperm voorzien van epoxy met een glasmatje om de "ring" om het motorhuis; daar zaten een paar kleine scheurtjes in. Waarschijnlijk ouderdom.

De motorfundatie op een plaatje ABS geschroefd, met een lapje leer tussen het ABS en de fundatie. De zaak (draaiend) zodanig uitgericht dat de dubbele cardan zo recht mogelijk lag.

Gecontroleerd met de multimeter: hij draait nu op minimaal verbruik.
Grote voordeel is ook dat de draaiende motor de resonanties veel minder aan de romp doorgeeft.

Vandaag zijn ook twee van de drie schroeven binnengekomen, dus ik kan nu ook met de bak- en stuurboordmotor aan de slag!

 

Stuurboordmotor, schroefaskoker en schroefas geplaatst. Was behoorlijk improviseren vanwege de BL-motor. Heeft toch een andere opstelling nodig dan een simpele borstelmotor. Draait als een zonnetje.

Zojuist even beide motoren samen ingeregeld: "With the flip of a switch" kan ik de stuurboordmotor parallel aan de middenmotor schakelen.
Ook al staat de middenmotor al voluit te loeien, de bakboordmotor begint dan met een "softstart" en gaat rustig aan naar "vol gas".
Da's fijn om te weten, want dan krijgt de fundatie niet meteen het hele koppel van de motor te verwerken.

Op vol gas heb ik een aardige ventilatie in de hobbyruimte...

Morgen de bakboordmotor.

 

Bakboordmotor, schroefaskoker en schroefas geplaatst. Was iets meer improviseren van aan stuurboordzijde vanwege een beschadiging van de romp. Maar goed, het geheel zit en (belangrijker!) werkt ook.



Ik heb alle schroefaskokers aan de buitenzijde voorzien van messing uithouders. De ABS-uithouders van Graupner zien er wel leuk uit, maar zijn niet functioneel, d.w.z. vangen trillingen niet op. De uithouders heb ik gemaakt van rond messing wat exact om de schroefaskokers heen past. Daar omheen een smalle plaat messing gebogen en deze aan het rond messing gesoldeerd. Aan de plaatjes messing, aangepast aan de romp, weer plaatjes messing gesoldeerd en deze aan de romp geschroefd. Je kunt ze achter de schroeven zien zitten. De koppen van de boutjes worden tzt nog "gecamoufleerd" met stukjes ABS. Ook om de wervelingen van die boutjes te minimaliseren.



Schroeven aan bak- en stuurboord zijn 5-blads 40mm van Raboesch.
De middelste schroef wordt nog vervangen door ook een 40mm 5-blads, maar die had MBS Flevoland even niet op voorraad. Wordt nog nagestuurd.

Filmpje van de werkende motoren wordt momenteel door joetjoep verwerkt; post ik zodra het klaar is.

 

Ik ben een beetje bezorgd over het motortoerental van de middenmotor als die twee bl's volle kracht mee gaan "helpen".

 

filmpje

Het "gerammel" van de middenmotor was een braam op een van de geleidebussen... Is er ondertussen af.

_KCE_AJCwKQ[/media] of my model of the Zobel-class - YouTube

En m.b.t. dat toerental: ik hoéf de BL-motoren niet op volle kracht mee laten lopen, Niels. Een en ander met de diverse proefvaarten rustig uitproberen.

 

Roel, Indrukwekkend geheel! Aan het geluid te oordelen zou de boot kunnen gaan vliegen. Enig idee hoeveel stroom er gaat lopen als de schroeven water voelen? Het zou best kunnen dat op topsnelheid, met de boot in plané, het amperage mee gaat vallen. Heb zelf alleen maar ervaring met verdringers. Sinds daar Buehlers in liggen valt het stroomverbruik dik mee. Succes verder met de bouw. Groeten, Klaas.

 

@Roel
Wat een krachten!
Ik zie de olie-vul-pijpjes bewegen. Mag dat?
Is de uitlijning wel optimaal?
Groetjes,

 

Uitlijning is voor de middenmotor vrijwel perfect, voor stuur- en bakboord iets minder. De cardans krijgen daar ongeveer 1 en 1,5mm verschil tussen motoras en schroefas voor hun kiezen. Geen probleem.
Een vulpijpje wat bewoog? dan heb jij meer gezien dan ik... Zit muurvast. Misschien resonantie

Vandaag datgene gedaan waar ik het meest tegenop zag: het bakdek. De vorige eigenaar was een paar keer flink uitgeschoten met z'n hobbymes tijdens het verwijderen van gietresten. Bovenzijde van de romp leek ter plekke een beetje op een rollercoaster.

Enfin, met schuurpapier de zaak zo goed als mogelijk glad gemaakt. Vervolgens 20 afgeschuinde houten klosje aan de binnenzijde van het toekomstige bakdek geplaatst. Toen 2C-lijm met microballoons aangemaakt en -niet al te zuinig- over de klosjes verdeeld. Dek erop gelegd en na controle van de juiste stand de zaak gefixeerd met ducktape. Véél ducktape! Boot op haar kop gelegd en mee naar binnen genomen. Daar was de temperatuur tenminste dusdanig dat de 2C lijm terug naar het dek kon vloeien en daar kon uitharden. (het was hier vanmiddag smerig "waterkoud")Het uitharden is ondertussen geschiedt, ducktape is verwijderd. Wat rest zijn een aantal smalle kieren tussen dek en romp. Maar daar komt een ABS-L-profiel overheen, die tevens als extra stootlijst gaat werken.

 

Ik denk dat het bewegen van de pijpjes meer komt omdat de camera niet perfect stil staat. Het minimale bewegen zie je ook als de motoren niet draaien...

 

Roel, houd wel rekening met de belasting van de Duoperm. Deze motor was ooit bedoeld voor elektrovliegen, de openingen hoegenaamd zorgend voor goede koeling tijdens de vlucht. Maar de motoren maakten de belofte niet waar. Fikten snel door.
In 1987 waren ze al weer uit productie.
Heb helaas geen grafiek van de prestaties, waarop de grenswaarden staan.

Houd de stroom en de temperatuur goed in de smiezen. Het maakt ook uit of je de 6V of de 12V versie erin hebt staan. De 6V wil nog wel op overspanning draaien, maar dan moet de 1:4 reductie er aan (was maar 1 type), en dan haal je wellicht je benodigde toerental weer niet. De 12V draait 11.000 rpm onbelast.... geen stikkertje meer op de motor?

Zou... je de spiegel nog meer schaal willen geven... deze waren vierkant...

NxYqP8cv2Qk[/media] P6096 Nerz / German Fastcraft Nerz P6096 - YouTube

Je ziet het ter hoogte 2:14

http://schnellboot.net/de/bundesmar...te/typ-142a-zobel-klasse/bilder/thomas-thiel/



Origineel had schroeven met een zeer haastige spoed



Maar de inbouw klinkt als een klok! Prachtig!

Gr Bas

 

Hallo Roel,

Ik heb deze koppeling ook wel onder last zien desintegreren met 'maar' een speed 600 er aan, en die was goed uitgelijnd.
Met de verschillen die ze nu moeten overbruggen zou ik er een strak stuk siliconenslang overheen wurmen, dan knallen de stukken je niet door de boot mocht er eens eentje sneuvelen.

Groeten, Jan.

 

Hoi Bas.
Dank voor je bezorgdheid. Motor draait op max 6V. Trekt met geplaatste schroefas 2,1A op het droge. Los trok hij 1,8A.
De schroef die ik er aan ga hangen is de 148-06 van Raboesch.
40mm doorsnee 5 blads (ronde bladen, geen sikkel) met een pitch van 41mm. Geen schaalschroef dus.
Ik verwacht geen dramatisch verbruik met deze schroef, maar voordat ik definitief ga varen zal ik nog een meting uitvoeren. Tenslotte heeft mijn echtgenote niet voor niets een grote, langwerpige plantenbak voor me gekocht...
Koeling wil ik, indien nodig, realiseren d.m.v. een luchtinlaat in de opbouw (bijv achterzijde van de open brug) met daarachter een processor-ventilator.
Of ik haar "kont" nog bijwerk, weet ik nog niet.

@Jan: Ook dank voor het meedenken. Deze cardans zitten nu drie jaar in de S-139. Ook tussen de as en BL-motoren. Schroeven die eraan hangen zijn 25mm drieblads, grote spoed. Die BL-motoren draaien op véél hogere toeren dan de BLś in de Zobel ooit zullen draaien: de BL's in de S139 draaien op 11,1V met bijna 13.000 toeren; de BL's in de Zobel gaan op 7,4V nét an 8800 toeren draaien.
En ja, een grotere schroef houdt in: meer koppel, meer kracht nodig bij aanlopen en afremmen. Ik zal kijken of ik passend siliconenslang heb liggen! Beter preventief dan later de rommel opruimen, toch?

 

Deze week een paar uurtjes besteedt aan het (losse) dek. Dat bestaat uit balsa spantjes en twee lange, hardhouten, langslijsten. De balsa spantjes hebben een kromming aan de bovenzijde om de zeeg van het dek te bewerkstelligen.
Wat me tegenstaat is het feit dat het allemaal kopse houtverbindingen zijn. Geen halve lassen o.i.d. Risico van deze kopje verbindingen is het feit dat de verbindingen alleen maar berusten op de werking van de lijm. En ja, ik heb goede lijm, maar enig "verband" in de constructie is ver te zoeken. Bovendien is het balsa van slechte kwaliteit en het stanswerk ook niet echt om over naar huis te schrijven. Kortom: behoorlijk improviseren en dingen anders doen.

Uiteindelijk het ik de langslijsten pas gemaakt, in de rompopening gelegd en vervolgens de plaatsen gemarkeerd waar de balsa spantjes moesten komen. En een paar lelijke woorden gebezigd, want 4 van de 6 spantjes waren te kort. Deze ruimten opgevuld met een paar stukjes afvalhout en de zaak verlijmd met Bison Tix.
Toen die droog was voorzichtig het luik-in-wording uit de dek-opening gehaald en alle verbindingen verstevigd door links en rechts van de verbinding twee stukjes hout te lijmen. Ook een extra langsspant aangebracht. Nu is het een stevig geheel, maar wel lekker licht.
Toen ik vanavond de beide stukken dek (1,5mm triplex) proefpaste, prees ik mezelf gelukkig dat ik "summa cum laude" was geslaagd voor de cursus "Omgaan met teleurstellingen". Het voorste stuk was aan de ene kant te breed (geen punt) maar aan de andere zijde te smal. Ergens iets afschuren lukt me wel, maar bijschuren is een kunst die ik niet versta. Bovendien liep de kromming aan beide kanten niet geheel "pas" met de kromming in het dek. Het achterste stuk was domweg te kort en achteraan ook nog een te smal. Alles nagemeten: de dek-opening klopte qua afmetingen exact met de tekening... Enfin, ik heb een fors stuk 1,5mm triplex liggen; daar ga ik dan maar een nieuw dek uit halen. Kwestie van meten, passen, meten, passen, nog een keer meten en nog een keer passen... Weer eens wat anders dan RTR...

 

Nieuwe dek gereed. Kostte vier uur. Inderdaad passen, tekenen, snijden, passen, mopperen, schuren, passen, mopperen, weer schuren, passen, weer mopperen, schuren met fijner schuurpapier, (had ik al mopperen gezegd?) en uiteindelijk paste het geheel. Vervolgens het dektriplex met constructielijm op het frame gelijmd, even laten drogen, voorzichtig frame en dek uit de boot gehaald en definitief gelijmd. Vervolgens in de poriënvuller gezet. Borrel.

Morgen, als het enigszins windstil is, de eerste proefvaart met kale boot. Zal nog wel niet volgas gaan, want de accu's liggen in een tijdelijk frame, maar ik wil onderhand wel weten hoe ze in het water ligt...