Hallo allemaal,
leuk om te lezen, dat er een aantal geinteresseerden zijn voor DS. Zoals al van Gert-Jan geschreven is woon ik in zuid-Duitsland en ben mede auteur van
dynamic soaring Videos, Fotos und Berichte, samen met Artur, Jaro en Tim (3 duitse vrienden). Helaas ben ik doordat we net een huis gebouwd hebben dit jaar niet zo veel tijd voor DS. Hopenlijk bij de komende Herfstwind meer... de SRTLs willen vliegen!
Allereerst toch even een waarschuwing voor diegene die het willen beoeffenen... We praten hier over het vliegen met(zweef-) modellen die makkelijk meer dan 100kmh vliegen! Let op je medemens! Informeer toeschouwers en piloten wanneer je wilt DSen!
Ik kan een EPP modelletje voor het begin warm aanbevelen. Dit reduceerd de kosten, aangezien er in het begin erg veel verkeerd kan gaan. Niet elke ‚zagi‘ achtige Nurflügel is optimaal, maar genoemde modellen als de Dsinding, Bluto, M60, Pluto, Moth, enz. zijn erg goed geschikt. Je kunt deze modellen redelijk stijf bouwen en eventueel ook nog goed zwaar voor de geoefende piloot. Ik ben zelf met de bluto begonnen, maar helaas wordt die niet meer geproduceerd door onze amerikaanse collega’s... de bouwer is zwaar ziek geworden.
Als je dan ervaring hebt opgebouwd, kun je overstappen naar een glasvezel, kevlar of koolstof model. Natuurlijk hebben deze modellen, als ze goed gebouwd zijn vele voordelen (stijver te bouwen, betere en vooral exacte profielen zijn mogelijk). We hebben ondertussen aardig wat ervaring opgebouwd en er zijn een paar vuistregels waar je mee kan werken.
Hoe lager de helling is (duin of bosrand) hoe kleiner de cirkels moeten zijn, zodat je de lee-rotor kan benutten. Als de helling erg laag is en vlak, blaast de wind er gewoon overheen en ontstaat er helemaal geen rotor. Hier zul je nooit ‚goed’ kunnen DSen. Een paar rondjes zitten eraltijd wel in, maar dan is de energie op. Kleine rondjes vlieg je met kleine vliegtuigen eenvoudiger, zonder „hoekige“ bochten te moeten maken waar je veel energie verliest. Kleine modelletje zijn wel giftig op de roeren. We hebben in alpine omgeving geleerd, dat je hele grote cirkels kunt vliegen. Deze kun je dan ook nog eens heel vlak (horizontaal) vliegen en kun je toch hoge snelheden bereiken. Grote cirkels vlieg je dan liever met grotere vliegtuigen, omdat die gewoon weg rustiger in de lucht liggen.
DS is continu wisselen tussen de loef- en de lee zijde van een helling en daarmee is de eerste klap, de tweede is onderin de lee-rotor. Hoe stabieler het vliegtuig in de lucht ligt, hoe makkelijker je lang en geconcentreerd kan vliegen. Sommige theorien gaan in de richting van vleugeltip ballast, zodat het model nog trager wordt... in de praktijk niet altijd even makkelijk bij start en landing
Om echt hoge snelheden te behalen moet je model natuurlijk allereerst aan een groot aantal eisen voldoen, stabiliteit, spelingvrije aansturingen, flutter ongevoelige roeren, enz. Daarnaast is de laatste 2 jaar de trend naar hoge vleugelbelasting aan het gaan. Jongens als Jaro, Artur, Hannes, Patrick (CH) vliegen hun zelf gebouwde kisten met een vleugelbelasting die aan de wettelijk maximaal mogelijke in duitsland. Een vliegtuig mag hier zonder speciale vrijgaves max. 5kg wegen. Daarom worden modellen gebouwd met 1,9m (Opus) – 2,77m (DS-Diva) die een vlieggewicht hebben (inkl. Ballast) van 5kg!! Dat is ver over de 100gr/dm². De wereldrecords worden met 150+gr/dm² gevlogen in Amerika. In Zwitserland en Oostenrijk liggen die maximale gewichten hoger en daar worden ook nog weer grotere modellen gevlogen als in Duitsland... En als jet wereld rekord dan echt wilt breken moet je naar gebieden met helling en veel wind... tenerifa... california... etc zoek de surf gebieden maar op!
We zijn bezig om de eerste metingen met GPS toe te laten voor het meten van de snelheid. Dit zou het meten erg kunnen verenvoudigen. Helaas zijn nog niet helemaal tevreden met de betrouwbaarheid van de GPS meting... daarover meer.
Goeie avond en misschien zien we elkaar een keertje aan de helling!
Bob