Het TAM-5 project.

Ernst Grundmann

Forum veteraan
PH-SAM
Het TAM-5 project. Wat is dat nu weer?
TAM-5 staat voor Trans Atlantic Model 5. Eerst een klein stukje geschiedenis.
Het was in de tweede helft van de jaren 90 in de vorige eeuw dat een Amerikaanse model bouwer/vlieger een "laatste" idee had. Maynard Hill was een grote naam in de modelbouw in Amerika. Hij had in de vele jaren zo goed als alle Amerikaanse en wereld records op zijn naam gebracht. Denk aan hoogte records, vliegduur, afstand en zo nog veel meer. Er was nog één ding over voor hem en dat was een model de oceaan over laten vliegen.
De tijd begon te dringen want hij was al op leeftijd en zijn gezichtsvermogen was heel slecht geworden. Hij kon zelf geen model meer besturen, wettelijk gezien was hij zelfs blind". Hij verzamelde een groep mensen om zich die hij net zo enthousiast had gemaakt als hij zelf was. Gedurende een aantal jaren heeft hij meerdere modellen gebouwd en getest. De groep mensen om hem heen hebben de benodigde elektronica ontwikkeld en gebouwd. Daarna veel, heel veel testvluchten. Niet alles ging direct goed maar langzaam ontstond er een model waarmee het mogelijk leek om de vlucht te maken.
In juli/augustus van 2002 werden de eerste pogingen ondernomen. TAM-1 steeg op van een klif in de buurt van Saint John's Newfoundland Canada. Met een zender op de grond werd het model de lucht in gestuurd en op de juiste hoogte gebracht. Na het model in de juiste richting gestuurd te hebben schakelde ze de interne besturing in.
Een computer in het model kreeg informatie van een GPS ontvanger, een hoogte meter, een snelheidsmeter, een kompas en nog wat meer gegevens. Met al die gegevens werd het model op een constante hoogte en koers gehouden richting Ierland. Aan boord was ook een satelliet zender die een aantal belangrijke gegevens via een satelliet telefoon verbinding naar de aarde terug stuurde. Op die manier wist het team waar het model was en hoe het presteerde.
Helaas pindakaas ging het mis en eindigde het model in het koude water van de noord Atlantische oceaan. Gedurende de dagen daarna werden een poging gedaan met model nummer twee. Dat in ook mis dus toen ging model nummer 3 de lucht in wat helaas ook mislukte. Een vierde poging kon toen niet meer gedaan worden want de weersomstandigheden stonden dat niet meer toe.
Terug thuis werd er nog meer gesleuteld aan het model en de elektronica om het nog beter te maken. En in juli/augustus van 2003 werd weer afgereisd naar Canada met nog een aantal modellen in de auto om nog een poging te wagen.
Helaas ging TAM-4 ook mis maar het model kwam wel bijna halverwege voor het ook in het water belandde. Er kwam weer slecht weer opzetten en ze konden nog 1 poging doen voordat het weer dat onmogelijk zou maken. In de middag van 9 augustus 2003 ging model nummer 5 de lucht in en werd op weg naar Ierland gestuurd.
Dit keer lukte het en in de middag van 11 augustus bereikte het model Ierland. De computer had het exact naar de beoogde plek gestuurd waar een landingsteam klaar stond. Toen het model boven hun hoofden cirkelde schakelde ze de zender in en schakelde de computer uit. Het model werd nu door de zender bestuurd en de "grondpiloot" heeft het model veilig geland op Ierse bodem. In totaal heeft het model 38 uur, 52 minuten en 19 seconden gevlogen en een afstand van 3028km afgelegd.

Via de onderstaande linkjes kan je op het internet meer vinden.

Via deze post willen we jullie aandacht vestigen op het feit dat een groep enthousiaste mensen het idee heeft opgevat om dit feit te herdenken en deels na te doen.
In 2016 was er ook een groep mensen die een model over de Alphen heeft gevlogen. Daar was een flink verslag van op dit forum maar op de ene of andere manier is dat geheel verdwenen. Daar kan ik dus niet meer naar verwijzen.
Een aantal mensen van deze groep samen met een aantal mensen ook actief hier op het MBF is nu bezig met het opzetten van het TAM-5 project. Het model wordt al gebouwd. Er wordt gewerkt aan de ombouw van de motor. De benodigde elektronica wordt ontwikkeld en er wordt gewerkt aan de benodigde vergunningen. De medewerking van een aantal belangrijke instanties is al zeker.
Het is de bedoeling dat we eind dit jaar de eerste proefvluchten kunnen maken en dan volgend jaar de eerste poging te doen om het model een lange vlucht te laten maken. Uiteindelijk hopen we net model van het vasteland naar Ierland te laten vliegen. Opstijgen in de buurt van Calais, dan vliegen boven internationale wateren en dan landen in de buurt of op dezelfde plek als waar de echte TAM-5 is geland.
Gaat dat lukken? Volgens mij wel!

Het is de bedoeling dat ik hier af en toe wat meer vertel over de stand van zaken. Hopelijk kom ik er aan toe dit weekeinde de gegevens van het model te plaatsen. Ook zullen er een aantal foto's en tekeningen komen van hoe het moet ons model staat.
Namens het TAM-5 team, Ernst Grundmann.
 
Laatst bewerkt:
TAM-5, het model.

Maynard Hill had al heel veel records op zijn naam waaronder voor vliegduur, lange afstandsvlucht, hoogte en nog veel meer. De modellen die hij daarvoor gebruikte waren allemaal door hem zelf ontworpen. Hij had dus veel ervaring met het ontwerpen en bouwen van record brekende modellen.
Maar nu was de uitdaging wel heel groot. Ontwerp en bouw een model dat aan alle eisen voldoet en dat de oceaan kan oversteken.
Die uitdaging was niet bepaald gering. Het maximaal startgewicht van het model mocht bijvoorbeeld niet meer zijn dan 11 pounds. Dat is ongeveer 5 kilogram. Dat is dus het model, de motor, de besturing, de elektronica en vooral de brandstof.

Maynard heeft het model gebaseerd op zijn eerdere modellen en heeft het geheel gebouwd van balsahout met een minimum aan hardhout voor de motordrager. Alles wat niet strikt noodzakelijk was heeft hij weggelaten. Geen landingsgestel, maar 1 ailenron, de lichtste versie van oracover die verkrijgbaar was, geen verstevigingen als die niet perse nodig waren en zo meer. Hij heeft vrij veel van die modellen gebouwd en daarmee zijn veel testvluchten gemaakt. Als uit zo’n testvlucht bleek dat er iets niet helemaal ideaal was werd het aangepast en werd er weer getest.

twosunsetsstillflying-8-jpg.613915


Die testvluchten waren vrij “link” want de modellen waren zo fragiel dat een beetje harde landing al schade opleverde. Als ik me goed herinner heeft hij in totaal 24 van die modellen gebouwd.
De motor was een tweede punt. Welke motor kan zo lang voldoende vermogen leveren en minimaal brandstof gebruiken? Maynard heeft toen ergens op een veiling of zo iets 26 stuks OS FS61 opgekocht. Hij ging daarmee experimenteren en heeft de motoren omgebouwd om op “benzine” te draaien. De ontsteking was een CDI ontsteking. De carburateur heeft hij vervangen door een carburateur van een 1,5cc OS tweetakt.
Een andere belangrijke verbouwing was dat hij een aftakas in het achterdeksel heeft gemaakt. Met die as dreef hij een tot generator omgebouwde borstelloze motor aan. Die generator zorgde tijdens de vlucht voor de benodigde elektriciteit.

20250512_160511-jpg.618028


Verder was er elektronica nodig om het model te besturen. Een team van deskundigen heeft dat op zich genomen. Er is een kleine computer gebouwd die gegevens binnen kreeg van een hoogtemeter, een GPS ontvanger, een snelheidsmeter, een toerenteller van de motor en een spanningsmeter. Daarnaast was er een satelliet telefoon aan boord die via die lijn op vaste tijden een pakket data naar het controle centrum stuurde. Zo wist men steeds waar het model zich bevond en of alles goed ging.
Al die elektronica moest zo klein en vooral licht mogelijk zijn want het gewicht was echt heel belangrijk. Elke onnodige gram was minder brandstof en dus minder vliegafstand.
Daarom was er ook gekozen voor een kleine bufferaccu en een generator. Die combinatie was kleiner en vooral lichter dan een grote zware accu die nodig zou zijn om alles tijdens de lange vlucht van energie te voorzien. In die tijd waren LiPo’s nog meer een idee dan algemeen verkrijgbaar.
Uiteindelijk was er ruime voor ongeveer 2,6 liter aan brandstof. Als brandstof gebruikte hij colemans lighter fuel. Dat is een beetje vergelijkbaar met petroleum maar niet hetzelfde. (Dit is fout, zie de reactie van brutus hieronder). Tijdens de vlucht over de oceaan was het gemiddelde brandstof gebruikt slechts 60cc per uur! Dat is heel erg weinig.
Met de kleine carburateur en de elektronische ontsteking draaide de motor op een vrij laag toerental. De elektronica hield het constant op 3900rpm. De propeller was een houten Zinger 14x12 waarvan de voorrand was afgeschuurd tot hij haast messcherp was. Allemaal om de luchtweerstand te verlagen.

Heel veel tijd en moeite is in dit model, modellen eigenlijk, gestoken door een team van mensen die het samen voor elkaar hebben gekregen om een klein modelvliegtuig van net aan 5kg de noordelijke Atlantische oceaan over te laten vliegen.
 
Laatst bewerkt:
colemans lighter fuel. Dat is een beetje vergelijkbaar met petroleum maar niet hetzelfde.
Heu, nee... Coleman is absoluut NIET vergelijkbaar met petroleum, véél meer met benzine. In wezen is Coleman hoofdzakelijk Nafta, en het wordt ERG veel gebruikt binnen de kringen van modelmotoren bouwers omdat het vrij schoon brandt.

Petroleum is een brandstof die veel dichter bij Kerosine en Diesel ligt, en is totaal onbruikbaar voor motoren met vonkontsteking.
 
Bedankt voor de correctie. Toen ik het opzocht kreeg ik veel reclames en die vergeleken het allemaal met petroleum. Ergens anders las ik dat het vergelijkbaar zou zijn met Aspen maar dat werd ook weer tegengesproken.
Maar petroleum wordt , misschien beter werd, wel degelijk gebruikt in motoren met vonk ontsteking. Er waren veel tractoren met petroleum motoren. Die werden gestart op benzine en als de motor warm genoeg was werd overgeschakeld naar petroleum. Ik heb zelf hoogst persoonlijk met een dergelijke tractor gereden, meerdere keren zelfs.
 
Heu, nee... Coleman is absoluut NIET vergelijkbaar met petroleum, véél meer met benzine. In wezen is Coleman hoofdzakelijk Nafta, en het wordt ERG veel gebruikt binnen de kringen van modelmotoren bouwers omdat het vrij schoon brandt.

Petroleum is een brandstof die veel dichter bij Kerosine en Diesel ligt, en is totaal onbruikbaar voor motoren met vonkontsteking.
In mijn jeugd had mijn vader een Allis Chalmer landbouwtrekker (28 pk 4 cilinder die na de oorlog via de Marshall hulp door de USA naar europa gestuurd werden ) die op benzine gestart werd en na 5 minuten omgeschakeld naar petroleum , en na het werk +- 200 meter voor de schuur weer op benzine omgeschakeld , om de vlotterkamer met benzine gevuld te hebben voor het stallen. Had een klein benzine tankje en een grote petroleum tank en liep toch echt met een vonkontsteking.
Grt Wim
 
Laatst bewerkt:
Back
Top