Voor het eerst met de nieuwe software voor de Infinity 2 gewerkt.
Vooraf de handleiding eens goed nageplozen. Had die al eerder vlug doorgekeken, maar nog niet echt bestudeerd.
Wat opvalt is de lange inleiding met richtlijnen en waarschuwingwn voor het gebruik van Lipo cellen.
Een ding viel me echt op.
Het laden van in serie geschakelde cellen kan ALLEEN maar goed gegarandeerd worden als ELKE cel voorzien is van een beveiligingsschakeling voor bescherming tegen overbelasting, overladen en te ver ontladen.
In het bijzonder zorgt deze schakeling ervoor dat individuele cellen in een serie niet overladen worden als het pack nog niet helemaal vol is.
Individuele cellen in een (serie)pack kunnen namelijk kleine verschillen hebben in spanning en laadtoestand.
Daardoor wordt de (bijna)eindspanning bij het laadproces niet evenredig over de cellen verdeeld.
Als een van de cellen al de eindspanning (van bv 4,2V) heeft bereikt, maar de andere cellen nog niet, zal het laden gewoon doorgaan.
Het gevolg is dat de al volle cel overladen wordt en schade oploopt (blijvend minder capaciteit).
Duurt dit overladen te lang dan gaat de cel definitief en onomkeerbaar kapot. Er bestaat dan zelfs kans op ontploffing of in brand vliegen.
Robbe stelt dan ook in de handleiding dat het laden van in serie geschakelde lipo's alleen maar mag als elke individuele cel zo'n beveiligingsschakeling heeft.
De cellen die in de modelbouw worden gebruikt, hebben deze schakeling NIET.
DUS:
- of elke cel individueel laden, of gelijke cellen parallel laden
Op de lader moet de nominale spanning en niet het aantal cellen ingevoerd worden.
Zo kan er verschil gemaakt worden tussen 'oude' 3,6 Volt en nieuwere 3,7 Volt cellen.
Bij het laden wordt op grond van deze invoer de te bereiken eindspanning goed ingesteld.
Het laden zelf is onder te verdelen in twee fasen.
* in de eerste fase stijgt de laadspanning langzaam tot de maximale laadspanning waarbij de stroom constant wordt gehouden (op de vooraf ingevoerde waarde).
Bij laden (van een ontladen cel) met 1C duurt deze fase 50 to 60 minuten en wordt de cel voor 80% van zijn capaciteit geladen.
** in de tweede fase wordt de laadstroom steeds kleiner, omdat het spanningsverschil tuusen lader en pack steeds kleiner wordt.
Deze fase duurt 35 to 40 minuten en zorgt voor het laden van de resterende 20% capaciteit.
Wat ik mij nu afvraag is het volgende:
- als de nominale spanning van een serie pack iets lager ingesteld wordt dan dat deze in werkelijkheid is, wordt er dan toch genoeg geladen????
Het laadproces zal in elk geval met een lagere eindspanning stoppen.
Maar hoe vol zit een cel dan.
voorbeeld
een 3S1P pack heeft een nominale spanning van 3 x 3,7 = 11,1 Volt
Als ik echter 10,8 Volt kies voor de nominale waarde, wordt mijn pack dan voor 30%, 50% of evengoed 80% geladen?
Als er voldoende wordt geladen, dan kan die lager ingestelde nominale spanning gebruikt worden om het risico te verkleinen van het overladen van een individuele cel in een serie pack
Of maak ik hier ergens een denkfout?
Vooraf de handleiding eens goed nageplozen. Had die al eerder vlug doorgekeken, maar nog niet echt bestudeerd.
Wat opvalt is de lange inleiding met richtlijnen en waarschuwingwn voor het gebruik van Lipo cellen.
Een ding viel me echt op.
Het laden van in serie geschakelde cellen kan ALLEEN maar goed gegarandeerd worden als ELKE cel voorzien is van een beveiligingsschakeling voor bescherming tegen overbelasting, overladen en te ver ontladen.
In het bijzonder zorgt deze schakeling ervoor dat individuele cellen in een serie niet overladen worden als het pack nog niet helemaal vol is.
Individuele cellen in een (serie)pack kunnen namelijk kleine verschillen hebben in spanning en laadtoestand.
Daardoor wordt de (bijna)eindspanning bij het laadproces niet evenredig over de cellen verdeeld.
Als een van de cellen al de eindspanning (van bv 4,2V) heeft bereikt, maar de andere cellen nog niet, zal het laden gewoon doorgaan.
Het gevolg is dat de al volle cel overladen wordt en schade oploopt (blijvend minder capaciteit).
Duurt dit overladen te lang dan gaat de cel definitief en onomkeerbaar kapot. Er bestaat dan zelfs kans op ontploffing of in brand vliegen.
Robbe stelt dan ook in de handleiding dat het laden van in serie geschakelde lipo's alleen maar mag als elke individuele cel zo'n beveiligingsschakeling heeft.
De cellen die in de modelbouw worden gebruikt, hebben deze schakeling NIET.
DUS:
- of elke cel individueel laden, of gelijke cellen parallel laden
Op de lader moet de nominale spanning en niet het aantal cellen ingevoerd worden.
Zo kan er verschil gemaakt worden tussen 'oude' 3,6 Volt en nieuwere 3,7 Volt cellen.
Bij het laden wordt op grond van deze invoer de te bereiken eindspanning goed ingesteld.
Het laden zelf is onder te verdelen in twee fasen.
* in de eerste fase stijgt de laadspanning langzaam tot de maximale laadspanning waarbij de stroom constant wordt gehouden (op de vooraf ingevoerde waarde).
Bij laden (van een ontladen cel) met 1C duurt deze fase 50 to 60 minuten en wordt de cel voor 80% van zijn capaciteit geladen.
** in de tweede fase wordt de laadstroom steeds kleiner, omdat het spanningsverschil tuusen lader en pack steeds kleiner wordt.
Deze fase duurt 35 to 40 minuten en zorgt voor het laden van de resterende 20% capaciteit.
Wat ik mij nu afvraag is het volgende:
- als de nominale spanning van een serie pack iets lager ingesteld wordt dan dat deze in werkelijkheid is, wordt er dan toch genoeg geladen????
Het laadproces zal in elk geval met een lagere eindspanning stoppen.
Maar hoe vol zit een cel dan.
voorbeeld
een 3S1P pack heeft een nominale spanning van 3 x 3,7 = 11,1 Volt
Als ik echter 10,8 Volt kies voor de nominale waarde, wordt mijn pack dan voor 30%, 50% of evengoed 80% geladen?
Als er voldoende wordt geladen, dan kan die lager ingestelde nominale spanning gebruikt worden om het risico te verkleinen van het overladen van een individuele cel in een serie pack
Of maak ik hier ergens een denkfout?