Robke, ik heb dat inderdaad uitgeprobeerd

Het probleem is het volgende. Ik dacht dat je het toerental wilde regelen met de pulsbreedte. Dat werk bij veruit de meeste servo´s gewoon waardeloos. Het regelen met de potmeter in de servo werkt iets beter maar ook dat werkt bij veruit de meeste servo´s niet echt lekker. Dat komt door de manier waarop het inwendige van de servo versterker werkt.
Het is jammer dat de “oude” modelbouw FAQ van het oude forum niet meegekomen is naar dit nieuwe forum. Daar staat een uitleg in van hoe een servo werkt. In het kort is het als volgt:
Er komt een puls van de ontvanger (de zender eigenlijk) de servo versterker binnen. Daar start die puls een pulsgenerator en gaat hij door naar een pulsvergelijkingsschakeling. Die schakeling vergelijkt de binnenkomende puls met de puls afkomstig van de pulsgenerator die net is opgestart door de binnenkomende puls. Als beide pulsen tegelijk stoppen zal er niets gebeuren en blijft de servo staan.
Wordt nu de puls van de zender langer dan zal de puls van de pulsgenerator eerder stoppen dan de binnenkomende puls. De vergelijkingsschakeling zal een signaal opwekken dat even lang is al het verschil tussen de twee pulsen. Dat hele kleine pulsje is veel te klein om een motor aan te sturen dus zit er een pulsverlengingsschakeling tussen. Die zorgt er voor dat de puls lang genoeg wordt om de motor te kunnen laten draaien.
De motor gaat dus draaien waardoor de servohevel versteld wordt. Onder die hevel zit een potmeter die een deel is van de pulsgenerator in de servoversterker. De pulsbreedte van de puls van die generator zal dus ook langer worden waardoor het verschil steeds kleiner wordt. Als beide pulsen weer gelijk zijn stopt de servo en gebeurt er niets meer.
Als de puls van de zender kleiner wordt gebeurt het zelfde alleen zal de motor de ander kant op gaan draaien tot de beide pulsen weer even lang duren.
Dat het toeren regelen niet best werkt zit hem in de pulsverlenging van de pulsvergelijker. Door die pulsverlenger zal de motor al bij een heel klein verschil vol aan gezet worden. Dat is nodig om voldoende kracht te hebben om de servo en de daaraan gekoppelde stuurvlakken te kunnen bewegen. Het “regelbereik” is dus maar heel klein en bij een kleine verdraaing van de potmeter draait de motor al heel snel. Slechts in een klein gebied rond het “nul”punt valt er wat te regelen. De pulsjes zijn dan echter zo smal dat de motor meestal met horten en stoten draait en zeker niet mooi langzaam en soepel. Ook de lage frequentie van de pulsen van de zender, ongeveer 50 pulsen per seconden, speelt hier een belangrijke rol. De motor zal ook daardoor bij lage toeren vrij onregelmatig draaien.