Voor de achterblijvers

Voor iedereen die geinteresseerd is in het recente WK in Gyula. Op mijn website ( www.bramanker.info ) staat onder 'vliegblog' een verslag van het WK vanuit persoonlijk perspectief. Geen volledig rapport van alle klassen alleen wat ik zelf beleefd en ervaren heb.

VrGr, Bram
 
hoi bram,

Het lukt niet het dokument te bekijken.
je moet inloggen met een gmail account en vervolgens mag je niet bij het dokument.
Is het niet makkelijker de text online te zetten?


ps.
Ik ben op pad voor mijn werk en zit op 2600 meter hoogte. het ademen gaat moeilijk en je vraagt je meteen af of je hier kan LB en. vogels hoor je wel maar je ziet ze nauwlijks vliegen.

Groet Robert-Jan
 
Tekst

Het lijkt er op alsof Google de windows gebruikers pest. Bij mij doet ie het gewoon in chrome maar niet in explorer. Of misschien staat er ergens een bitje verkeerd. Het is nogal wat tekst maar hier gaat ie dan:

Wereldkampioenschappen Gyula 2010.

Voor mij was de deelname aan het WK onderdeel van een vakantie die ons via Hongarije uiteindelijk naar het merengebied in Noord-Italië moest brengen. Dat betekende dat er naast het gezin en de daarbij horende aanhang eigenlijk geen ruimte was om mijn modellen mee te nemen. Ik was Gerben Wassenaar dan ook erg dankbaar dat ik van hem een kist kon lenen waarin ik na enig passen en meten mijn twee kunstvluchtmodellen en alle andere vliegspullen op kon bergen. De kist werd op het deksel van de Alpenkreuzer gesjord en zo reisden we op dinsdag 20 juli af in algemeen zuidoostelijke richting. Na een stop in Dinkelsbuhl (Dtsl) op dinsdag en Melk (Oost) op woensdag arriveerden we donderdagmiddag na een al met al comfortabele reis op het regionale vliegveld van Bekescsaba/Gyula in het uiterste zuidoosten van Hongarije waar de wereldkampioenschappen gehouden zouden worden. Op het vliegveld was een tijdelijke camping ingericht waar we, bewaakt door een originele MIG-15, met plm. 100 andere deelnemers een plek vonden om de tent op te zetten. De voorzieningen waren beperkt maar leken vooralsnog voldoende al deden de Dixies –naar later bleek terecht- het ergste voor de nabije toekomst vrezen.

Vrijdag en zaterdag stonden een F2a/F2c wedstrijd gepland en Rob Olijve en ik hadden ons voor de F2c wedstrijd ingeschreven. Met je familie in de buurt om het contact met de werkelijkheid te houden merk je als deelnemer aan een wedstrijd hoe ontzettend monomaan je met je hobby bezig bent en hoe weinig andere zaken dan belangrijk zijn. Alle opmerkingen van mijn gezinsleden over de herrie en later de stank registreerde ik wel maar bevonden zich ver buiten het domein wat ik op dat moment belangrijk vond. Dat ze erbij waren was voor mij overigens wel een feest. In de eerste plaats door de aandacht en getoonde interesse maar ook door de verzorging die je zo gedurende de dag geniet als er mensen in de buurt zijn die zorgen voor eten, drinken, koffie en wat niet al. Voor de andere Nederlandse deelnemers was onze tent ook al snel een van de plaatsen om een bak koffie te halen of een praatje te maken. Die aanspraak stelden Yolanda en de kinderen erg op prijs en ze voelden zich snel op hun gemak. De F2c wedstrijd verliep voor Rob en mij niet slecht. We slaagden er in 3, weliswaar matige (beste 4.11), tijden neer te zetten en eindigden zo uiteindelijk als 25e in een veld van 34 teams. Langzaamaan wordt ook duidelijker wat het effect is van de polsband bij Teamrace. Er waren zowel tijdens deze wedstrijd als tijdens het WK opmerkelijk weinig incidenten. Naar mijn stellige overtuiging heeft het gebruik van de polsband een positief effect. Omdat je een escape (handvat overpakken) kwijt bent zorg je er als vlieger voor niet in de problemen te komen en gebeurt dat toch dan is er alleen maar de mogelijkheid om de motor uit te zetten. In het verleden zag je vaker situaties waarbij doorgevlogen werd tot ver voorbij wat verantwoord was. Wat ook meewerkt is dat ik de indruk heb dat de jury nu eerder de race stillegt. Overigens hoor ik nog veel mensen die de polsband een verslechtering vinden omdat het de mogelijkheden van de vlieger beperkt. Ik kijk gewoon naar het resultaat; minder crashes en dat is goed. Tijdens deze wedstrijd was het bloedheet en op vrijdag en zaterdag ben ik liters vocht kwijtgeraakt. Op zaterdagavond vond de officiële opening van het WK plaats en gelukkig was er naast de verplichte ronde toespraken ook een mooie kunstvlucht demo met een Yak 52 ingelast.

Zondag was de dag van de officiële training en processing. Dat processen is voor kunstvlucht een formaliteit al moest ik van de spinner van mijn model wat afvijlen om de reglementair voorgeschreven radius van 5 mm te halen. Voor trainen was per land maar 20 minuten in de wedstrijdcirkel beschikbaar maar met vlot doorwerken konden Henk de Jong en ik ieder twee vluchten maken. Overigens waren er ook twee oefencirkels beschikbaar waar je voortdurend in de rij kon aansluiten en zo ruim voldoende trainingsvluchten maken kon. Na overleg met Henk besloot ik mijn handvat te verkleinen van 11 naar 10,5 cm. Dat was een duidelijke verbetering, het model vloog stabieler en was nauwkeuriger bestuurbaar. Ook besloot ik over te stappen van de tot dan toe gebruikte 11x6 naar een 12x5 propeller omdat daarmee de consequentie van een gedurig te arme motorloop (en rondetijden van 4,5sec) minder ernstig werd. De problemen waren toen nog niet voorbij en daarmee begon voor mij een eindeloos gezoek naar de oorzaak van het steeds gedurende de vlucht warm (en dus te snel) lopen van de motor. Gedurende de dagen erna heb ik van alles geprobeerd, de tank wel 5 keer gespoeld (misschien is het vuil), andere uitlaat (minder tegendruk), uitlaatdruk (gelijkmatiger brandstofdruk), minder nitro (?, ik wist het ook niet meer), andere plug (kun je altijd proberen), kleinere venturi (maakt de brandstofafstelling minder kritisch), ingekorte propeller (belast de motor minder) en meer anti-foam (tegen schuimvorming in de tank). Hoewel al deze aanpassingen een beetje hielpen werd het probleem toch niet volledig opgelost en ik had er verstandig aan gedaan te luisteren naar het advies van Henk en Rob Metkemeijer om m’n andere motor te gebruiken. In ieder geval zorgde het zoeken naar een oplossing er voor dat ik veel gevlogen en getraind heb en daardoor de matige motorloop uiteindelijk wel in de resultaten heb kunnen compenseren. Bovendien leerde ik van deze oefensessies dat het model goed te vliegen is in een breed snelheidsbereik (4,8-5,6 sec/1r). Dit probleem was mij sinds het gebruik van de Stalkers onbekend, ik had tot dan toe altijd een goede motorloop en die leek ik nu ergens op de pusta verloren te hebben. Tegelijk weet ik nu; op een WK heb je problemen die je anders nooit hebt. Na de laatste wedstrijdvlucht bekeek Rob Metkemeijer de motor en was met mij eens dat de lagers niet goed voelden (teveel voorspanning?). Mogelijk dat daardoor teveel warmte werd opgebouwd. Rob heeft de motor meegenomen en binnen een paar dagen kreeg ik een sms uit Nederland dat de lagering gerepareerd en nu veel beter was.
Over mijn uiteindelijke klassering als 70e kan ik natuurlijk niet echt tevreden zijn maar zo’n eerste WK is, ondanks dat ik goed voorbereid aan de start verscheen, een leerervaring. Door de motorproblemen waren de eerste twee wedstrijdvluchten te lang waardoor ik de landingspunten miste. Mijn twee laatste vluchten bleken dan ook bepalend voor het resultaat. Ik weet zeker dat ik een volgende keer beter zal presteren. In ieder geval is de deelname aan de wedstrijd en het vele trainen mijn vliegen ten goede gekomen en ik hoop daar de komende tijd bij wedstrijden profijt van te trekken. De spanning voor een WK is van een andere orde dan een doorsnee wedstrijd. Je merkt hoe competitief iedereen met z’n sport bezig is en in zo’n sfeer is het ook makkelijker om jezelf te focussen en geconcentreerd door te werken. Dacht ik anders nog wel eens na twee trainingsvluchten dat ik klaar was voor de wedstrijd, in dit deelnemersveld ben je nooit klaar en de 5 liter brandstof die ik bij me had is dan ook nagenoeg op. Nu ik dat een keer heb meegemaakt sta ik met meer zelfvertrouwen op ‘gewone’ wedstrijden.

De berichten en het commentaar op internet zijn inmiddels niet van de lucht. Er is veel kritiek op de organisatie, het jureren en wat niet al. Ik moet zeggen dat ik daar allemaal geen last van heb gehad. Je kon tijdig weten hoe laat en waar je moest vliegen, het terrein was misschien wat ruw maar die handicap gold voor iedereen en dat de uitslagen pas laat bekend waren zat me echt niet in de weg. Wat geweest is kun je niet meer veranderen en verslappen is geen optie dus je moet gewoon voor iedere vlucht weer het onderste uit de kan zien te halen. Als je je dan druk gaat maken over dingen waar je geen invloed op hebt komt dat je prestatie en humeur niet ten goede. Soms wekt het commentaar ook de indruk voort te komen uit teleurstelling over niet waargemaakte (en misschien wel onrealistische) verwachtingen. Het niveau van deze wedstrijd was hoog en er is een brede top van vliegers die de kwaliteit hebben zich voor een fly-off te klasseren. Uiteindelijk is daar maar plaats voor de 15 besten van dat moment. Als je juist dan de scherpte mist om echt iets bijzonders te laten zien dan mis je de boot. Gewoon ‘goed’ is op een WK niet goed genoeg. Als je de uitslagenlijst bekijkt dan denk ik dat de eerste dertig allemaal in staat zijn om de top 15 en dus de fly-off te halen. Van een ‘walkover’ door een enkel land is geen sprake meer. Dat laat wel zien hoe sterk de competitie is en hoe belangrijk om op het juiste moment ‘klaar’ te zijn. Ik vond de sfeer tijdens de wedstrijd uitstekend en ik heb naast een spannende vooral ook een plezierige wedstrijd gehad waarin ik de gelegenheid had mensen te spreken die je alleen van horen zeggen en internet kent. Binnen de Nederlandse ploeg was de sfeer uiterst plezierig en ontspannen. Voor mij smaakte het naar meer. Als je ziet dat we in alle klassen vertegenwoordigd waren en nog maar een klein stukje af van een volledige ploeg dan kun je alleen maar concluderen dat lijnbesturing in Nederland springlevend is. Iedereen (inclusief supporters) stond ongevraagd klaar om te helpen of aan te moedigen. Als je ons vergelijkt met sommige andere landen die in ‘uniform’ hun nationale trots demonstreren dan is het een rommeltje en lijkt het of wij het allemaal minder ernstig nemen. Maar als je ziet hoe serieus alle leden van de Nederlandse ploeg bezig zijn als hun beurt gekomen is dan weet je dat niets minder waar is.
 
Gyula

RJ, nadat ik me suf heb laten goochelen door google en veel cookies heb moeten slikken is het me gelukt Bram's relaas te lezen. Niet de makkelijkste manier om een stukje te schrijven, maar ja, toch gelukt!
 
Hoi Bram,

Goed verhaal.
Een wedstrijd tild je altijd naar een hoger nivo. als dat dan nog een WK is maak je meteen een sprong.

Groet Robert-Jan
 
Allereerst gefeliciteerd met je debuut op je eerste WK!

Dan het verhaal:
Voor mij allemaal heel herkenbaar, spullen die altijd prima functioneerden, maar er ineens hele eigen opvattingen op na beginnen te houden....
EK 2003 was voor mij zo'n drama, ST 60 volkomen van slag: van de spreekwoordelijk zeer voorspelbare motor tot onhandelbaar kreng in 2 vluchten tijd.
Toen de reservemotor eenmaal in het model zat had ik te weinig tijd over om de boel weer goed op elkaar in te stellen en door het missen van mijn trainings ( =gewenning aan de lokale omstandigheden) vluchten. Af door de zijdeur.
Ik zie aan de mensen, die in de uitslag om jou heen staan dat je het er meer dan goed vanaf gebracht hebt. Dat is ont-zet-tend knap op je eerste WK ever...:thumbsup:

Over organisatie (in het algemeen, niet deze WK, ik was er immers niet bij) kan ik kort zijn, mijn oordeel is meestal harder dan dat van de meeste collega-vliegers.
De enige EK's en WK's waar organisatie en terrein een voldoende scoorden waren voor mij 1978 en 2004. De rest was onder de maat en bij vlagen domweg gevaarlijk voor de modellen (waar honderden uren werk in zitten). Dan doet het volstrekt niet ter zake of iedereen datzelfde gevaar loopt. Het deugt gewoon niet.
Dat piloten hun CIAM vertegenwoordiger(s) niet harder porren om daartegen stelling te nemen, blijft mij verbazen. Als ronduit schokkend heb ik ervaren, de zelfs woedende reacties toen ik mij daar eens in voorzichtige bewoordingen over uitliet.

De lijst met 'near misses' is schier eindeloos, van de gevallen waarin het toch echte schade kwam kan ik desgevraagd voorbeelden geven.
Langzaam begint voor mij een patroon zichtbaar te worden van oorzaak en gevolg.
Naar mijn mening is de hoofdfactor, dat de meeste organisatoren experts zijn in teamrace en/of speed, maar geen idee hebben wat voor kunstvlucht het verschil maakt tussen een woest gevecht om het model heel te houden en het vliegen van een programma op W- en EK niveau. Kortom, aan welke minimumeisen moet een terrein voor F2B voldoen?

Onwillekeurig dringt zich de vergelijking met het hardrijden op de schaats op. Wie goed is, valt niet. (If you believe that, you'll believe anything)
Maar als het dan toch gebeurt, is het wel fijn als men niet onder de kussens doorschuift en met een dubbele enkelbreuk een of twee seizoenen is uitgeschakeld. Als het al ooit goed komt....
Daarnaar gevraagd, vindt iedereen het logisch dat een wedstrijdorganisator zich moet houden aan de I.S.U. regels die een veilige baan moeten garanderen.
Als men dit vergelijkt met F2B, dan zou men bij de I.S.U. doodleuk verklaren dat iedereen evenveel kans loopt op een paar gebroken enkels, dat het dus heel eerlijk is en de deelnemers niet zo moeten zeuren....
Waarom de CIAM in deze zo'n slappe houding laat zien is me een raadsel.

Hoewel de hoofdoorzaak van mijn (tijdelijke?) terugtreden uit de F2B wedstrijdsport ligt in drukte op het professionele en semi-professionele vlak, heb ik mij toch ook wel eens afgevraagd waarom ik in vredesnaam zonodig moest meedoen aan een W- of EK 'model heelhouden', terwijl ik toch echt had getraind voor precisie kunstvlucht, wat mijn definitievan F2B is....

Wat dat betreft is ons eigen NK een schoolvoorbeeld van hoe het wel zou moeten, (die paar auto's die dan zonodig weer net een paar meter bovenwinds van de stuntcirkel moeten worden geparkeerd even buiten beschouwing gelaten ;) )
Komend NK zal ik er hoogst waarschijnlijk niet bij kunnen zijn, mijn bezigheden elders hebbende.
Maar wie weet zoemt er volgend jaar weer zachtjes iets F2B-achtigs op 21m50 van mijn rechterhand...
 
Back
Top