Ik mis alleen wel een kluiver, met dit grootzeil en dat kotterfokje voorop is de boot extreem loefgierig. Een kluiver voorkomt dat en geeft meer snelheid.
Hoeft niet, dat loefgierig zijn, heeft alles te maken met het ontwerp, de ligging van het zeilpunt van de tuigage, het lateraal punt van het onderwaterschip en de trim. De praktijk zal dat uit moeten gaan wijzen, een boegspriet en kluiver is geen must. (Zeil zelf ook zonder, kom prima vooruit neutraal op het roer).
Wat de vaarsnelheid betreft, voorzeilen als kotterfok, kluiver en jager (de naam van de laatste zegt het al) kunnen het rendement van achterwaarts liggende zeilen sterk verbeteren door de spleetwerking tussen de zeilen onderling, door de ontstane hogere luchtstroom. Het is waar, een kluiver kan en zal de bootsnelheid verhogen, deze 'jaagt' de luchtstroom langs het achterliggende zeil op. Ze hadden het goed door, die zeelieden van rond 1800!
Ter illustratie: zet ik met mijn 1:1 alleen het grootzeil, presteert mijn boot ver onder de maat. Een puntje voorzeil erbij doet al wonderen! Zet ik bij harde wind de riffen erin, zeilend alleen op het grootzeil, eveneens, nagenoeg geen rendement in het grootzeil. Echter door het zetten van het voorzeil (een rolgenua) al is het maar een kleine driehoek, dan loopt de snelheid zo met 40 procent op. Terwijl het totale zeiloppervlak slechts met 20 procent is vergroot. Spleetwerking, ofwell Bernoulli-effect.
Overigens ... Het betreft hier een loodskotter ... En een kottertuigage kenmerkt zich door twee voorzeilen ... Dus ja ... Een kluiver hoort er wel bij ...