Nee, nu drijf je door. Het gaat hier helemaal niet over frequenties.
Ik zal proberen het hele laadverhaal duidelijker uit te leggen, sorry als het weer een lang verhaal wordt

.
Men neme een volle autoaccu, dat is een loodaccu die dan een eindspanning heeft van ongeveer 14V (tussen de 13,8 en 14,4V). Je sluit je lader op de accu aan en begint je vliegaccu te laden. De hiervoor benodigde energie haal je dus uit de autoaccu. De accu zal dus energie kwijtraken en dat merk je doordat de spanning gaat dalen. Dat dalen gaat maar langzaam want het verschil tussen vol en leeg is niet zo groot. Een 12V loodaccu is namelijk al leeg als hij gezakt is tot 10,8V. Een loodaccu kan er slecht tegen als hij te ver ontladen wordt dus heeft jouw vliegacculader een "low battery" detectie die de lader afschakeld als de accuspanning tot 11V gezakt is. Meestal geeft hij dan ook een melding op het display of met een ledje.
Vele laders laden de vliegaccu met pulsen. Dit heeft diverse redenen, de belangrijkste is dat je de spanning van de te laden vliegaccu het beste kunt meten als er geen laadstroom loopt. Het gaat bijvoorbeeld als volgt: De lader laadt gedurende 0,8 seconden. Dan wacht hij gedurende 0,1 seconden en meet dan de spanning gedurende de volgende 0,1 seconden. Hierna gaat hij weer gedurende 0,8seconden laden, enz. enz. enz. Als je een flinke laadstroom gebruikt (b.v. 2 Amp of misschien wel meer) zal de belasting van de autoaccu dus ineens van bijna 0 Amp stijgen tot boven 2Amp. Na 0,8 seconden valt dan de belasting ineens weer terug naar bijna 0 Amp.
Het bovenstaande wordt een beetje lastiger als je vliegaccu's wilt laden die een hogere spanning hebben dan de autoaccu. Om die vliegaccu te kunnen laden moet de lader een hogere spanning afgeven dan de eindspanning van die accu. Die spanning wordt gemaakt met een spanningsverdubbelaar. Deze schakeling maakt van de 12V in princiepe 24V maar het kan ook hoger zijn. Deze spanningsverdubbelaar trekt wel meer stroom uit de accu! Stel je laad een accu van 18V met 2 Amp. Dat is 18 Volt x 2 Amp = 36 Watt. Die 36 Watt moet de autoaccu leveren wat neer komt op 36 Watt / 12V = 3 Amp. Omdat overal verlies optreedt betekend dit dat er wel iets van 3,5 Amp door de autoaccu geleverd moet worden om die 18 V vliegaccu met slechts 2 Amp te laden. Hogere vliegaccuspanningen en/of laadstromen maken dit verschil alleen maar groter.
Zoals al eerder geschreven is de laadstroom niet constant maar zijn het meestal pulsen. Bij het begin van een laadpuls zal de stroom die uit de accu wordt getrokken ook scherp omhoog gaan. Die piekstroom kan heel kort wel het dubbele van de normale stroom zijn. Een autoaccu kan hele hoge stromen leveren, denk maar eens aan de startmotor die kan tot wel 150 Amp uit de accu sleuren. Een goede autoaccu kan deze stromen zonder problemen verwerken ook die extra hoge pieken.
Tot zo ver alles simpel en geen problemen. Maar nu sluit je de vliegacculader aan op een schakelende voeding. Een (schakelende) netvoeding kan geen oneindig hoge stroom leveren. Meestal zal dat begrensd zijn op een bepaalde waarde bijvoorbeeld 5 Amp. Normaal gesproken zal de vliegacculader uit mijn voorbeeld ongeveer 3,5 Amp uit de voeding trekken. Dit is geen probleem voor de voeding, die stroom kan hij zonder problemen leveren. Maar de inschakelpieken kunnen wel het dubbele worden dus 7 Amp. Dat is meer dan de voeding kan leveren dus zal de stroombeveiliging inschakelen. Het resultaat is dat de vliegacculader een onbetrouwbare voedingsbron heeft en stopt met laden. Als er een computertje in zit zal er een melding op het display komen.
Nu heb je een voeding die 10 Amp kan leveren en toch krijg je problemen. Dat komt door een andere eigenschap van de schakelende voeding. Ik heb in een eerder stukje geschreven dat de uitgangsspanning van een schakelende voeding terug gekoppeld wordt naar de ingang om op die manier de uitgangsspanning constant te houden. Als de uitgangsspanning belast wordt zal die iets inzakken. Door de terugkoppeling zal de ingang iets meer energie in de transformator stoppen zodat de uitgangsspanning weer iets stijgt. Het omgekeerge geldt ook als de belasting wegvalt zal de uitgansspanning iets stijgen. Door de terugkoppeling zal de ingang iets minder energie in de transformator stoppen zodat de uitgangsspanning iets daalt. Dit gaat behoorlijk snel en de uitgangsspanning blijft binnen vrij kleine grenzen constant.
Dit terugkoppelen gaat bij een schakelende voeding echter langzamer dan bij een niet schakelende voeding. Hier ontstaat nu het probleem. Op het moment dat de vliegacculader de laadpuls start zal de belasting van de schakelende voeding in één keer flink hoog worden. Omdat het terugkoppelcircuit in de voeding toch iets tijd nodig heeft zal de voedingsspanning toch iets meer zakken dan wenselijk. Door die net iets grotere daling van de voedingsspanning kan je vliegacculader dan net de mist in gaan.
Gaat het niet mis bij het inschakelen van de laadpuls dan kan het nog mis gaan bij het uitschakelen van de laadpuls. Schakelt de laadpuls uit dan zal de belasting van de voeding in één keer wegvallen. De voedingsspanning stijgt hierdoor en omdat het terugregelen tijd kost zal de spanning heel kort zelfs flink kunnen stijgen. Om de elektronica in de vliegacculader te beschermen zit er meestal ook een beveiliging in tegen een te hoge voedingsspanning. Door die hoge piek op de voeding kan die beveiliging inschakelen en de vliegacculader uitschakelen.
Let op ik spreek hier over hele korte tijden want somige laders werken met een laadpuls van 1 seconde maar er zijn er meerdere die met (veel) kortere tijden werken. Dat betekend dus dat die terugkoppeltijden slechts honderdsten van seconden duren maar dat kan toch voldoende lang zijn om je lader de mist in te sturen.
Wanneer je nu een kleine loodaccu paralel zet aan de schakelendevoeding en je zorgt ervoor dat die voeding niet meer dan de maximum spanning van de accu afgeeft (voor 12V accu is dit tussen de 13,8 en 14,4V) kan je een heleboel problemen voorkomen. De hele korte piek bij het inschakelen van de laadpuls zal dan door de accu geleverd worden omdat de voeding iets in zakt. Hierdoor krijgt de terugkoppeling de tijd om de voeding weer netjes op de juiste spanning terug te regelen. Gedurende de rest van de tijd die de laadpuls duurt zal de voeding de stroomlevering weer van de accu overnemen. Tegelijkertijd zal de voeding de loodaccu weer iets bijladen om de aan de lader geleverde energie weer aan te vullen. Bij het uitschakelen van de laadpuls zal de loodaccu de omhooggaande piek van de voeding opvangen en afdempen zodat de lader er vrijwel niets van merkt.
Nogmaals dit gaat toch vreselijk snel bij sommige laders 1 keer per seconden en bij andere misschien wel 10 keer per seconden.
Ik hoop dat je iets aan dit lange verhaal hebt.