FORUMLEDEN met TECHNICITEIT in de aderen....."instrumenten"

Het loopt niet storm, maar ik wil er toch wel eens vanaf. Daarom nog maar een aanwijzijg.
Uit de "ruwe" testgegevens die ik in een erdere post heb getoond kunnen na wat rekenwerk de volgende resultaten worden afgeleid:

1303115083_resized.jpg


Dit is nog niet het eindresultaat dat we voor onze berekeningen nodig hebben, daarvoor is nog een bewerking nodig.

Groet,

Ad Bakker
 
het loopt niet storm.....

ja....
dat is zeker.....

oef, ad....
dat is wel een hoog specialistisch milieu...
tussen de eindige elementen methode voel ik mij niet thuis......
(is een zeer theoretische methode maar heeft wel een enorme kracht...!!!!.)
gelukkig hebben slimme mensen dit toendertijd al "uitgevonden" en verder ontwikkeld...
(waarschijnlijk pure wiskundigen met een grote interesse voor mechanica, natuurkunde en materialen....)

Dit is nog niet het eindresultaat dat we voor onze berekeningen nodig hebben, daarvoor is nog een bewerking nodig.
die rekenkundige bewerking ken ik niet.....


ik was even op een fout spoor
ik dacht dat er "leidingen of buizen" werden getest op druk....
neen dus.....
via perslucht en een "cilinder met piston" worden er trek en duwspanningen gecreerd in een staaf

......



de oplossing
full




het principe van de hopkinson testopstelling



III.2.7.2. Bepaling van de inputgegevens (Deelwerkpakket 4.1)
De onderzoeksgroep Mechanica van Materialen en Constructies (MMS) van de Universiteit van
Gent is gespecialiseerd in het karakteriseren van materialen bij hoge vervormingssneheden.
Hiervoor beschikt deze onderzoeksgroep over verschillende zelf-ontworpen Split Hopkinson Bar
(SHB) proefopstellingen.
In het MAGPULS project heeft deze onderzoeksgroep een aantal materialen onderzocht, die
gebruikt werden in de eindige-elementen modellen, meer bepaald het roestvast staal AISI 409, het
dieptreksstaal DC04 and het constructiestaal S235. De afhankelijkheid van de
materiaaleigenschappen van de vervormingssnelheid en de temperatuur werd hierbij onderzocht.
In Figuur 33 wordt de treksterkte getoond in functie van de vervormingssnelheid voor de
3 onderzochte materialen. De invloed van de vervormingssnelheid is duidelijk materiaalafhankelijk.
Voor het dieptrekstaal DC04 is een positieve invloed merkbaar : het spanningsniveau neemt toe

als de vervormingssnelheid toeneemt, terwijl voor de andere materialen de invloed beperkt blijft.
 
Laatst bewerkt door een moderator:

De principeschets die jij geeft is een latere modificatie voor trekbelasting van Gilat uit 1991. Het oorspronkelijke apparaat, de zogenaamde "Split Hopkinson Bar" uit 1949 is van Kolsky, vandaar dat de installatie ook wel "Kolsky Bar" wordt genoemd. Het principe hiervan is overeenkomstig de door jouw gegeven figuur (komt van dezelfde site van het DMML van Ohio University):

1302698495_resized.jpg


Het bestaat uit een gas kanon (gas gun) dat bij afschieten een plunjer (striker bar) een hele hoge snelheid geeft. Als deze de aanslag balk (incident bar) raakt veroorzaak hij daarin een elastische drukgolf die als deze bij het proefstuk (specimen) aankomt zich opsplitst in een golf die zich verder voortplant door het proefstuk en één die wordt gereflecteerd en dus terugkaatst. Dat zijn ook de signalen die met rekstrookjes geregistreerd worden:

  • epsilon-i = "incident"
  • epsilon-r = "reflection"
  • epsilon-t = "transmission".

Daaruit kan met wat wiskunde en mechanica het uiteindelijke resultaat gehaald worden, de trekkromme van een materiaal bij hoge vervormingssnelheden:

1303115085_resized.jpg


En dat is dan een materiaalgegeven, als je dat hebt voor een range van reksnelheden, die je in een eindige elementen berekening toepast om voorspellingen te doen van hoe een constructie zich gedraagt als het met zeer hoge snelheid wordt "aangeslagen". Wij gebruikten dat voor scheepsschotten in ruimen waar een granaat in ontplofte, maar dergelijke berekeningen werden ook uitgevoerd om te kijken wat de "impact" is van een vliegtuig dat op een kerncetrale neerstort.

Normaal bepaal je de trekkromme van een materiaal uit de resultaten van een "normale" trekproef met een elektro-mechanische trekbank. Wil je naar hogere snelheden dan doe je dat met een hydraulische bank, die ook wel voor vermoeiingsproeven wordt gebruikt, en voor nog hogere snelheden moet je dan naar een specialistische hydraulische bank. De maximale reksnelheid die je daarmee kan halen ligt ergens bij 200 (mm/mm)/sec, wil je nog hoger dan moet je de Split Hopkinson Bar gebruiken, die wel tot 8000 (mm/mm)/sec en nog hoger kan gaan.

In de jaren 50, 60 en 70 bouwde bijna elk zichzelf respecterend laboratorium op het gebied van materiaalbeproeving wel zo'n apparaat, ander "hoorde je er niet bij". Die populariteit blijkt ook wel uit het feit dat in 1999 er een speciaal symposium werd georganiseerd door de ASME in de VS om de 50 jarige verjaardag van de publicatie van Kolsky te vieren!!!

Citaat uit de aankondiging:

Kolsky’s idea to use two instrumented bars, with a wafer specimen sandwiched between them, was so brilliant that today - fifty years later - this configuration (called also a Split Hopkinson Bar) is the most popular configuration for measuring the response of materials at high strain rates.

Lang verhaal, maar ik vind dit soort geschiedenis altijd leuk.

Overigens, is de eindige elementen methode (EEM of FEM) tegenwoordig zeer wijd verspreid, maar wordt het dikwijls niet meer als zodanig herkend omdat het "verpakt" zit in CAD software voor allerlei specifieke doelen. De methode zelf is tot bloei gekomen in de jaren 70, samen met de opkomst van de computer. CAD software was daar weer de logische spin-off van. Één van de eerste commerciële EEM pakketten (ASKA van de Universität Stuttgart) was begin jaren 70 zo duur dat er in Nederland een speciale associatie werd opgericht (PROGEL) door universiteiten, semi-overheid (TNO, ECN) en bedrijfsleven (ondermeer Shell en RSV) die het pakket voor gebruik door de leden aanschafte. Dat kon vanwege de omvang overigens maar op een paar computers in Nederland. Nu kan je het op een PC draaien.......

Ondertussen is het jouw beurt weer Steffe. Aan jou de moeilijke taak een instrument te vinden dat meer "publiek" trekt.
Ik heb er nog één in deze categorie, en dan stop ik er maar mee. Maar deze éne wil ik nog wel plaatsen, ook vanwege de belangrijke Belgische inbreng.

Maar dat komt wel als ik weer één van de volgende opdrachten goed raad.

Groet,

Ad
 
Laatst bewerkt:
Voor mensen die met 'een' FEMM willen spelen

Dat is wel een heel speciale toepassing voor magnetisme, Ron. Kan ook, ik heb het ook gebruikt voor warmtegeleidingsproblemen (als onderdeel voor het berekenen van thermische spanningen) en diffusieproblemen (waterstofdiffusie in staal). In principe kan je elk probleem dat zich laat beschrijven door partiële differentiaalvergelijkingen met randvoorwaarden ermee oplossen. Maar de meeste pakketten zijn geschikt gemaakt voor een specifieke toepassing, zoals deformatie (stijfheid en sterkte) van constructies die als onderdeel van CAD systemen zij opgenomen.

Groet,

Ad
 
Een leuke demonstratie van een kogel die door 4 laags kevlar geschoten wordt. Aan het eind zie je de FEM simulatie en de meting parallel lopen.
Dit zijn zelfs nu geen berekeningen die je even op een achternamiddag doet, hoor!!!!

 
Laatst bewerkt door een moderator:
ik dacht dat kevlar een kogel kon tegenhouden ?


Hangt van de energie af, Steffe. En waarschijnlijk ook van de vorm van het projectiel. Dit was ook geen normale kogel, dacht ik gezien te hebben in de beschrijving. Maar ik zit hier wat gehaast op een andere computer omdat de mijne weg is voor reparatie. Heb dus nu even geen tijd om verder na te kijken, komt nog wel.

Groet,

Ad
 
Ik heb nog even gekeken, maar ik zie wel wat verschillen. Het projectiel is scherper dan een "gewone"kogel, en het is helemaal van staal. Ik weet te weinig af van "hedendaags" wapentuig, maar ik dacht dat geweerkogels nog wel voor een groot gedeelte uit lood bestaan. Dat lood vervormt bij een botsing enorm en slorpt daarbij een groot gedeelte van de energie op. Bij staal zal dat niet of nauwelijks het geval zijn.
Maar de scherpe ronden van het projectiel ten opzichte van een afgeronde punt van een echte kogel maakt voor het lokale faalgedrag van de kevlar ook enorm veel uit.

Voor de rest weet ik niet in hoeveel lagen "kogelvrij" kevlar wordt gemaakt. Maar het is duidelijk dat de makers de opstelling zodanig hebben ontworpen dat de kogel er doorheen gaat. Dat is een veel zwaardere test voor de software en het gebruikte materiaalmodel dan wanneer de kogel terug zou stuiten.

Groet,

Ad
 
een nieuwe opgave
uit de maritieme wereld......

een "oude" schijf.....
tja ...wat is oud..... ????

de zon had je niet nodig...
wel een scherp oog
en....papier en een potlood (bij voorkeur rood)

steffe


de vraag:
wat is dit voor een toestel?
waarom werd het gebruikt?


steffe




full
full
wel
full
 
Laatst bewerkt door een moderator:
Meetschijf. Om de ware koersen en vaarten uit te rekenen van radarcontacten.


je komt dichter bij het doel....


maar
in die tijd bestond er nog geen elektriciteit.....en geen radars.....
de naam van dit toestel? ....of de uitvinder ervan?


steffe
 
Laatst bewerkt:
en tip


de persoon die dit "toestel" heeft uitgevonden kreeg later de titel/rang:

First Sea Lord






de first sea lord is het hoofd van de Royal Navy en Naval Service, het stond vroeger bekend als de First Naval Lord. De First Sea Lord draagt ook de titel Chief of Naval Staff.
<TABLE id=toc class=toc><TBODY><TR><TD>


</TD></TR></TBODY></TABLE>
Tussen 1795 en 1827 stond het hoofd van de Royal Navy bekend onder de naam Admiral of the Fleet. Deze titel werd later een rang. In 1828 werd de titel veranderd in First Naval Lord en in 1904 werd het weer veranderd in First Sea Lord.
Vanaf 1923 was de First Sea Lord een lid van de Chiefs of Staff Committee en van 1923 tot 1959 roteerde het voorzitterschap van het Comité met vertegenwoordigers van de andere diensten (de Chief of the Imperial General Staff en de Chief of the Air Staff).
 
en tip
de persoon die dit "toestel" heeft uitgevonden kreeg later de titel/rang:
First Sea Lord

Tja, Steffe, dan wordt het een kwestie van googelen, hè. Eenmaal gevonden ging er wel een belletje rinkelen bij de naam van Battenberg.
Het instrument is dus BATTENBERG'S COURSE INDICATOR, voor zover ik kan zien de Mark IV versie. Citaat uit Wikipedia:

"The Battenberg Course Indicator is a mechanical calculating device invented by Prince Louis of Battenberg in 1892 for determining the relative course and speed of other vessels compared to the user's own ship. A number of versions of the device were produced and it proved particularly useful for station keeping, such as ships moving in convoy during World War II. Manufacture of the instruments was contracted to Elliott Brothers, London.[1] Devices based on the Battenberg indicator were also developed for determining course and distance in aviation and when making allowances for aircraft drift due to winds. Instruments were also manufactured for other navies, for example in the USA."

Deze is te koop (geweest):

course-indicator.jpg


Als je hem wilt gebruiken, hier de gebruiksaanwijzing.
 
ad

juist....
- de eerste voorzet was reeds gegeven door baggeraar (meetschijf en het berekenen van een koers)
en goed gevonden door baggeraar

- het juiste antwoord is inderdaad de : Battenberg course indicator

toch een zeer mooie uitvinding.....een mechanisch "rekentoestel" voor die tijd.....

Ad
de volgende opdracht is voor U
steffe



This instrument was designed to aid various speed and distance calculations, in particular tracking the position of a ship relative to others, and was of particular use when moving in large convoys.<?xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" /><o:p></o:p>
The main body of the instrument, which is made of a light alloy, has a degree scale marked on its outer edge. Two celluloid discs are held within it. The bottom one is marked with a distance scale from zero at the centre to 36 in each direction and is free to rotate. The second disc, marked in degrees around the edge, rotates on top of this. The bars on top have scales for distance. The instrument is contained in a wooden box, which carries a spare celluloid disc in the lid.<o:p></o:p>
Station, speed and distance indicators were first developed following the introduction of fast steam ships, when it became more important to be able to calculate the course and speed of other vessels within sight.

The Battenberg course indicator was invented in 1892 by Prince Louis of Battenberg (later Louis Mountbatten, Marquis of Milford Haven, 1854-1921), who became First Sea Lord in 1912.<o:p></o:p>
<o:p> </o:p>
 
ad
juist....
- de eerste voorzet was reeds gegeven door baggeraar (meetschijf en het berekenen van een koers)
en goed gevonden door baggeraar

Eigenlijk vind ik dat Harm dan ook aan de beurt zou moeten zijn, maar ik verdenk hem ervan dat hij zich expres ingehouden heeft........

Ik had al aangekondigd nog één opgave in dit draadje te plaatsen, omdat ik verder weinig heb met navigatie in de meest brede zin. Mijn opgaven tot nu toe hadden daar ook niets mee te maken en lagen allen meer op het terrein van meettechnieken/instrumenten die gebruikt worden bij het ontwerp en constructie van schepen en andere constructies en voertuigen. Ook onderstaand instrument valt onder deze categorie:

1304017487_resized.jpg


Dit apparaat heeft een sterk Belgische oorsprong, door een publikatie van een Belgische wetenschapper uit 1950. Deze wetenschapper zou later op het terrein van veiligheid van constructies internationale faam verwerven.

Het apparaat meet geen materiaaleigenschap, maar valt meer in de categorie detectie- of meetsystemen.
 
Back
Top