Romp beplanken.

Ik kwam dit tegen tijdens het zoeken op internet.
Geen idee van wie deze foto is, maar het leek me wel interessant genoeg om te posten, omdat je meestal latjes in de lengterichting ziet.
Je ziet ook dat de spanten op een andere manier gebruikt worden.

Ik heb geen idee wat makkelijker/beter is, of als het gewoon een voorkeur is, maar je vermijd zo wel dat je met een "top" zit tussen de latjes in de lengterichting, die je moet schuren om de romp rond te maken.
Maar dan heb je natuurlijk wel een "top" tussen de latjes in de breedterichting.

Geen idee wat makkelijker is, of beter om een schip waterdicht te maken, of als het een persoonlijke voorkeur is.

1747612458208.png
 
SMB was in de jaren na WO2 een uitgever van bouwplannen en kits.
Zo heb ik van een DGzRS reddingschip ooit bouwplannen verkregen.
En daarbij word met op spant gelijmde dunne triplex gewerkt.
Houtlijm verwerkt.
De plaatstukken mocht je zelf op maat inverzinnen. En dat geeft een hoop werk.

Zelf heb ik met een trits zelf gelamineerde epoxyplaatjes een hart piepschuim rompje bekleed. Veel werk, maar kon zeer gecontroleerd de vorm zetten.

Stel dat je op deze wijze gaat bouwen, zal dat een goede basis voor ‘vorm’ kunnen geven. In de eindafwerking grijp je immers naar kunststoffen zoals expoy/glasdoek afwerking, en aan de binnenzijde eveneens een waterprooffing.
Geheel zal licht en sterk worden.

De rompvorm zal je ook een beetje de bouwwijze dicteren.
Een lat zet zicht wat makkelijker zetten dan een plaatje.
Hoewel je 0,5 mm tripex behoorlijk goed kunt zetten, maar even moet inleren in de ‘stuursheid’van het materiaal.
En eveneens hoe je het in positie klemt om te fixeren in lijm.

Knikspant vormen maken met plaatmateriaal gaat natuurlijk uitstekend.
Ronde vormen lastiger.
Met zelf gelamineerd epoxyplaat, nog niet 100% uitgehard had ik zeer grote controle over de vorm.

Gr Bas
 
Grootste probleem is hier, dat er een zeer sterke kromming in het hout noodzakelijk is, wat OF veel spanning oplevert, OF de noodzaak van zeer dunne huidbeplanking, OF zeer veel stoomwerk om het hout te buigen.
Daarnaast moet je nu veel méér en veel kleinere stukken hout pas zien te maken, wat onherroepelijk OF heel veel meerwerk is, OF meer kieren die dan weer dicht gemaakt moeten worden.

In de gewone (bemande) botenbouw, waar deze foto van is, kun je nog met redelijke materiaaldiktes werken voordat dit problematisch wordt, maar in de modelbouw zou ik dit niet toe willen passen vanwege "enorme hoop gedoe".
 
Hadden we die oude sinasappelkistjes nog maar! Een taai soort triplex dat je in allerlei bochten kon buigen. Indertijd bekleedden we die dingen met behang en hadden voor een habbekrats een nachtkastje. Ach, die "goeie ouwe tijd"! Gelukkig hebben we de herinneringen nog. Gr. Klaas.
 
Interessant om de reacties te lezen.
Daar had ik op gehoopt, omdat ik als leek geen idee had, waarom ik deze methode nergens zie ik modelbouwkits.

Er is idd een grotere kromming nodig, maar aan de andere kant, is het makkelijker om zo'n kort latje passend te maken.
Ik vind het niet makkelijk om een latje van 30cm op te spannen, en dat aan te passen aan de vorm van het vorige latje.
Omdat je dan de kromming in de lengte moet volgen, en dat latje van 30cm in een keer juist moet zijn.
Dat probleem heb je niet met de methode in de foto, omdat je telkens kleine stukjes moet aanpassen.

Maar dat is mijn idee.
Als ik de kromming zie van de spanten van de Smit London waar ik aan pruts, is geen enkele methode makkelijk.

@klaas: je kan niet alles van gratis maken, gierige hollander hahahaha
 
Laatst bewerkt:
Omdat je dan de kromming in de lengte moet volgen, en dat latje van 30cm in een keer juist moet zijn.
Dat probleem heb je niet met de methode in de foto, omdat je telkens kleine stukjes moet aanpassen.
Klopt... Maar gevoelsmatig zou ik zeggen, dat 10 plankjes die een beetje moeilijker zijn, minder kans op "missers" oplevert dan 50 plankjes die een beetje makkelijker zijn. Vermoeiing (saai werk) speelt een rol.

Ik denk dat dát echter erg persoonlijk is, de een heeft meer aanleg voor repetitief werk dan de ander.
Ik vond in elk geval vleugelribben snijden VRESELIJK vervelend werk.
 
Daar heb je wel een punt.
Repetitief werk is ook niet echt mijn ding.
Dat heb ik ondervonden bij een Jekca kat die ik voor mijn vriendin gemaakt heb.
Het begin was leuk om te maken, maar dan veranderd dat naar een laag blokjes, vijsjes, een laag blokjes, vijsjes, een laag blokjes, vijsjes, een laag blokjes, vijsjes, ....
Ik maak graag mould king/lego/... sets, maar Jekca heeft me een paar grijze haren bezorgt.
 
Hier nog even een illustratie van een bouwplan uit 1950… Duitse reddingskruisser. Dubbel beplankt.
Maar je zou ook met dunne PVC plaat kunnen werken, styreen of home made epoxyplaat… wat zich vers gezet, heel goed laat zetten, zeker als je het even warm maakt met een föhn.
Wel met nitril handschoenen werken, azijn en zeep om kwasten en huid te reinigen bij morsen.
Daarbij nimmer thinner gebruiken.

IMG_6100.jpeg
 
Laatst bewerkt:
  • Like
Reactions: k-k
Hier nog even een illustratie van een bouwplan uit 1950… Duitse reddingskruisser. Dubbel beplankt.
Het lijkt me ook geen cadeau om zo'n platen te gebruiken, als je ziet hoe moeilijk latjes al in model te plooien zijn.
En 0,5mm, als je te hard blaast breekt dat wss al.
 
Sowieso als je in de modelbouw bezig wilt zijn, moet er een steekje los zijn om zoveel geduld en focus bijeen te rapen, terwijl de buitenwereld stevig doordendert met vragen om aandacht, en je niet in isolatie op te sluiten, en af en toe eens spichtig de deur uit kruipt om heimelijk langs het behang, je eigen schaduw vrezend, geruisloos de modelbouwshop in te spichten…

Elke bouwmethode is geoorloofd voor het beteiken van een mooi iedresultaat.

Het indekken van een romp is nieys anders dan het indekken van een grote vleugel en te kleine balsaplanken…

Het blijft allemaal veel werk en ijver wordt nu eenmaal beloond.

In 2003 had ik een project hervat, waar ik met mijn 16de mee gestopt was, om voiral geen bowhokkluizenaar te worden.
Weer een hobby naast ren hobby en het werk ook al als hobby had.

Hardschuim romp van Graupner te veredelen, de model-lompe vorm iets te verbeteren, en het originele zusterschip als museumstuk in het Deutsches Museum in München te bezoeken bleek. Leve het internet.

Schuim deels geboetseerd en geshaped.
Had daarin veel verder kunnen gaan.
Thans schaf je je een 3D scanner, en jaag je effe DE door…

Daarna papier shablonen gaan bepalen, kiel centrum bepalen, en iets stoeien met de 5% kromme romp, fout mogelijk al in de fabrieksmatrijs geslopen. Heb twee kits in de reserve, en deze rompen zijn ook krom.

Lang verhaal, geduld schone zaak…

Mat de sjablonen kon ik symmetrie bewerkstelligen over de lengte van het model dat ik geeikt had met pootjes op een vlakke waterpas glasplaat. Schuifmaat, derde handje met een stalen stift.
Waterlijn waterpas gesteld etc.

Daarna was het tekenwerk op de computer, printen en kamineren met goede kwaliteit 5 minuten epoxy van West. En een 100gr doek. Laminaat afgelegd op bouwplastic.

Print lamineren, schoonsnijden, en in nog zeer vervormbare toestand op afgebakende positie in model kneden, en verlijmen met 5 minuten epoxy.
Symmetrisch werkend. van voor tot achter, en vanaf referentie punten baar elkaar toe werkend, de zelf gemaakte puzzel completerend. Wel even mee zoet geweest.
Symmetrie metend met een kam, als negatief spant, om de cm.

Daarna is integraal 2x een laag 50 gr glasdoek over het geheel gelamineerd.
De romp is iets gewichtig. Grootste deel van het gewicht is het ultra compact geperste styreenschuim. En als kit zeer gevoelig voor butsen.

De nieuwe shell is zo sterk, dat het schuim eigenlijk gelost kan worden.

IMG_6110.jpeg IMG_6109.jpeg IMG_6108.jpeg


Maakbaarheid is groot, de gekozen weg kan omvangrijk zijn. Maar geduld en tijd zijn de beste gereedschappen, en 3D visie tussen de oren. Gisteren klaar? Nope, een mensenleven hobby.

Het is vrijdag, en zou de trits railingen, ook zo een klus, zelfbouw, gedroogd moeten zijn…


Gr Bas
 
Laatst bewerkt:
Ik heb ook wel bouwverslagen gezien met diagonale beplanking, en dat schijnt zelfs bij echte schepen ook gedaan te zijn
 
Voor zover ik weet bij houten mijnenvegers en motortorpedoboten Freek. En dan ging er nog doek tussen. Gr. Klaas.
 
Sowieso als je in de modelbouw bezig wilt zijn, moet er een steekje los zijn...
Dat ben ik aan het ondervinden.

Enkele vraagjes.
Waarom een derde schroef? Ik veronderstel dan ook 3 motoren? Waarom dan niet twee iets grotere schroeven, en gewicht besparen?
En ik zie geen as/schroef steunen, zijn die er niet, of zijn die er nog opgekomen?

Ik wil dit model niet maken, maar alles wat je leert, komt ooit mss van pas.
 
Die gewichtsbesparing valt ook wel weer mee.
Men wil, moet, een bepaalde snelheid halen en vooral een bepaalde kracht kunnen ontwikkelen.
Als dat met twee schroeven moet zal de aandrijflijn op die twee schroeven dus groter, meestal hoger, en daarmee zwaarder uitgevoerd moeten worden.
Die ruimte was er soms niet en dus koos men voor drie motoren.
(Misschien klets ik uit mijn nek, maar zo is het me begin jaren tachtig door de docent verteld op de zeevaartschool.)

Het is niet heel vaak toegepast.
Het zorgde voor een paar minder gewenste effecten.

Ten eerste had je twee schroeven die dezelfde kant op draaiden, wat zorgde voor een onbalans in het zogenaamde 'wieleffect'.

Ten tweede had meestal alleen de middelste schroef een roer.
Sturen en manoeuvreren was dus best een uitdaging.

Meerschroefsschepen worden nog steeds regelmatig gebouwd.
Maar om bovenstaande problemen te voorkomen is dat altijd met een even aantal.
 
Laatst bewerkt:
Zosls BB al aangeeft…
Gewicht, ruimte, totaal gewenst machine vermogen.

De meest geavanceerde motoren die men toen beschikbaar had, in een zeer geavanceerde halfglijderromp, en een zeer belangrijke factor, hoge wendbaarheid door de bijbehorende druk op de vlakke achterstenen die de 3 schroeven konden geven.
Daar het model een reddingskruiser betreft. 1957.

Machinevermogen totaal 1750 pk en een max van 19 tot 21 knoop bij vlak water.

Buitenste motoren met drieblads verstel, en hoofdmotor een grote schroef met zeer hoge spoed.
Op alle motoren kon gevaren worden. Spoedverstelling motor tperentallen volgens tabellen, begreep ik.

Dus een bijzonder schip met ooit bijzondere eisen.

IMG_6116.jpeg IMG_6117.jpeg

In een model dus leut. Model gaat straks als de brandweer in totale oversneheid…
Wilde ook graag de badkuip uit, maar dat mocht nog niet.
Minimaal 2 uur vaartijd volgas… echter dat moet allemaal nog met telemetrie geëikt worden…


Meer schroefs schepen, zag je bijvoorbeeld bij de Bundesmarine en de illustere voorganger, Schnellbootwaffen.
S-130, 3 schroefs, vaste spoed, en in de nadagen 7500 pk aan boord, goed voor 42.5 knopen. Als snelheid een vereiste was.

In Navo verband werden dat 4 motoren met ieder 3000 pk in de torpedoboot, uiteraard geblazen diesels, in de Zobelklasse S142… technisch hoogstandje.

Uiteraard bleef dat niet altijd heel, en kregen de props en de schoefassen het aardig op hun donder.

Overigens trof je de Mercedes motoren in van alles en nog wat.
Ondermeer diesel locomotieven…
Stukje Duitse naaoorlogse wederopbouwtrots.

Gr Bas
 
Laatst bewerkt:
Gestart met de Smit Rotterdam/London.
Deze lag hier al een jaar of 10 of zo, nog van Lecturama.

 
Back
Top