M
MPXfan
Guest
Goed dan even de eigenlijke vraag, om die discussie op gang te helpen.
Uit bruno's post in het door mij gelijkte topic, maak ik op dat het spannen van spanlak voornamelijk komt door de toevoegingen.
Wat ik vermoed.. is dat ze een oplosmiddel met relatief grote moleculen gebruikt hebben. Als het spul droogt, verdwijnt het oplosmiddel en spant de handel aan.
Dat is mijn boerenlogica-theorie, nu maar hopen dat er iemand komt die wel weet hoe het zit...![]()
Déze logica gaat in de chemie helaas niet op, Hezik.
Nito-cellulose lak is opgebouw uit een aantal natuurlijke en chemische bestanddelen die na uitdampen (drogen) van de oplosmiddelen een dun laagje vormen. De eigenschappen van zo'n laagje (coating) worden i.h.a. bepaald door de chemische samenstelling van de bindmiddelen, en niet door de oplosmiddelcombinatie.
Oplosmiddelen hebben per definitie een kleine molecuulstructuur. Juist het bindmiddel van de coating bestaat uit grote moleculen die ook nog eens aan elkaar geknoopt zijn: polymeren. In feite is een coating niets anders dan een superdun laagje synthetische kunststoffen of mengels daarvan (tegenwoordig). Vroeger maakte men veel gebruik van natuurlijke polymeren, zoals zetmeel, eiwitten en cellulose (houtvezels).
De eigenschappen van de gebruikte kunsstoffen in de verf, bepalen dus de eigenschappen van je coating. Door te spelen met de samenstelling van verven kan je veel verschillende soorten coatings maken, die ieder een totaal andere bescherming kunnen bieden. Zo kan je onder meer de hardheid, glans, bestendigheid tegen zuren, oplosmiddelen, water etc. regelen.
Het voert te ver om het hier helemaal uit te leggen, maar ga er vanuit dat chemie helaas geen binaire logica volgt; er komt nog veel trail-and-error bij kijken...dat noemen ze R&D...

Motto van mijn oude lab: ''...if we new what we were doing; it wouldn't be research...''