Een advocaat was een liefhebber van goede sigaren. Hij kocht een mooie doos met 24 zeer goede, dus dure sigaren. Zijn vrouw vond het veel geld, ze was bang dat die dure sigaren gestolen zouden worden. De advocaat had een goed idee en sloot een verzekering af om die sigaren te verzekeren tegen diefstal, waterschade, brand en zo voorts.
Elke avond genoot de man van een sigaar en na 24 dagen was de doos leeg. De vrouw keek verschrikt naar die lege doos, waar waren die dure sigaren gebleven? Die waren allemaal verbrandt. Langzaam weg gesmeuld en de man had van de rook genoten.
Toen kreeg de advocaat een idee. Hij diende een claim in bij de verzekering omdat zijn dure sigaren door brand waren vernietigd. De verzekeringsmaatschappij wees de claim af vanwege duidelijke redenen. De advocaat vond dat hij gelijk had en diende een klacht in bij de rechtbank. De verzekeringspolis van die sigaren bevatte ook een brandverzekering. De rechter wees de klacht toe en de verzekeringsmaatschappij moest betalen. De verzekeringsmaatschappij besloot te betalen want beroep aantekenen was kostbaar en zou lang gaan duren. Zo kreeg de advocaat een cheque voor een fiks bedrag.
Twee dagen nadat de advocaat de cheque had geïnd werd hij opgepakt en voor de rechter gebracht. De verzekeringsmaatschappij klaagde hem aan vanwege fraude, het moedwillig verbranden van verzekerde goederen en dan een claim indienen.
De advocaat werd veroordeeld tot een fikse boete en 6 maanden cel onvoorwaardelijk.