Instelhoek is het hoekverschil tussen vleugel en stabilo, of zoals bij een delta: tussen kiel en tippen.
Invalshoek is de hoek tussen het (vleugel)profiel en de luchtstroming.
Bij een delta hebben we het bij "invalshoek" in de praktijk over de hoek van de kiel t.o.v. de horizon, maar eigenlijk vliegt de hele rest van het doek naar de tippen toe met een steeds kleinere invalshoek.
De instelhoek is bij bij een delta afhankelijk van de doekspanning; hoe losser het doek, hoe meer bolling, en des te kleiner de invalshoek bij de tippen.
Bij een moderne prestatievlieger komt de bolling uitsluitend van de buiging van de vleugelbuizen (als het toestel op de grond staat, staat het doek volkomen strak, pas onder vliegbelasting zie je er wat bolling in ontstaan).
Dat is meteen de grote moeilijkheid bij het maken van een vliegend model van een delta, flex van de vleugels en gewicht moeten op elkaar zijn afgestemd. Bovendien wordt het ding ook gestuurd door gewichtsverplaatsing, nóg een reden waarom die verhouding cruciaal is. Het model in het filmpje aan het begin van dit draadje is uitzonderlijk goed gelukt, maar evengoed heb ik begrepen dat-ie best lastig te sturen was (er zijn meer filmpjes van hetzelfde model).