Update 12
Het is weer tijd voor een update.
Eerst wil ik wat laten zien over het “meetproces”. Dat meten belangrijk is hoef ik jullie niet te vertellen.
Schema: Doorsnede van spant met meetpunten.
Allereerst heb ik de waterlijn uitgemeten. Deze heb ik opgenomen vanaf de spanttekeningen en uitgemeten vanaf de onderkant kiel. Meting 1.
De waterlijn gefixeerd door aanbrengen van een tijdelijke lat.
Daarna heb ik de geschutpoorten voor lowergundek en middlegundek aangebracht (Sorry, ik hou de Engelse benaming aan.) t.o.v. de waterlijn. Zie meting 2.
Vervolgens de wegering (balk waarop dekbalken rusten) voor Orlopdek aangebracht, volgens meting 3.
Daarna de wegering voor het lowergundek. Meting 4.
Dit moet dan leiden tot de correcte afstand 5, van wegering tot onderkant geschutpoort en afstand 6, de loophoogte van het orlopdek. Gecontroleerd met een stukje karton van de juiste maat.
Afstand 5 is belangrijk want die bepaalt hoe hoog straks de kanonnen voor de geschutpoort staan.
Ik heb 32 spanten en twee zijden, dus deze metingen kan ik 62 keer uitvoeren. Maar dan ben ik over drie jaar nog niet klaar. Dus alleen gedaan op enkele relevante plaatsen.
En dit is het resultaat:
Foto: Orlopdek wegeringen en lowergundek wegeringen aangebracht.
Dat het leidt tot een acceptabel orlopdek kan goed worden beoordeeld door er even allemaal latjes op te leggen.
Foto: Losse latjes op orlopdek wegeringen.
Bij het vastlijmen van de wegeringen heb ik gebruik gemaakt van een tip van Furioza om daarvoor klemmetjes te maken.
Foto: Met zelfgemaakte klemmetjes de wegeringen vasthouden tegen de spanten.
De bodem is ook al weer ietsje verder gedicht.
Ik heb voor de bodem gekozen voor latjes van 1,5x3mm. Deze zijn makkelijk te behandelen en de maat klopt redelijk (3x72=216 mm). Je zit continu van bovenaf “diep” in de boot te friemelen. Dan hoef ik geen dikke stugge latjes te hebben als het niet nodig is. Bij boeg en steven moet alles verjongd worden en zitten er veel “verloren gangen”.
Dat heb ik iets vereenvoudigd. Zo'n verloren gang ziet er bij mij als volgt uit:
Uiteraard verlopen alle lijnen vloeiend, maar dat is lastig tekenen. Twee latjes verjongen tot de helft en dan gaat er één verder, die verderop ook weer verjongd wordt. Etc.
Nadeel van deze maat latjes is wel dat er veel in moeten. De afstand van kiel tot wegering is 110 mm, dus 36 gangen van 75 cm aan beide zijden. En ze moeten allemaal verjongd worden.
Foto: Bodem met 17 gangen aan weerszijde.
Bodem is voor de helft dicht. We gaan stug door.
Wordt vervolgd.
Jan Zwart.