Benodigd vermogen loopt op met derde macht van (gewenste)snelheid, zowel voor varen, vliegen als rijden. Voor dubbele snelheid is 23= 8 keer zoveel vermogen nodig, voor drie-voudige snelheid 33 = 27 keer zoveel vermogen.
Wat je hier aanhaalt, is de derde schroefwet, en die geld uitsluitend voor kleine snelheidsverschillen....
Als je van 10 naar 11 knopen wilt, met een schip wat daarvoor geschikt is, dan ben je (1.1 x 1.1 x 1.1)= 1.33 keer zoveel vermogen kwijt.
Maar 10% is wel zo'n beetje de grens waar die wet nog een beetje opgaat, want die wet houdt geen rekening met de verschillende soorten weerstand die een boot ondervind, wrijving, viscositeit, golfweerstand, allemaal gedragen ze zich bij grotere verschillen dusdanig anders dat je absoluut niet met 8 keer zoveel vermogen 2 x zo hard gaat.
Denk bijvoorbeeld alleen maar aan een boot die met lagere snelheden nog niet in planee komt, maar bij hogere snelheden wel: daar is opeens een enorme "knik" in de vermogenskromme.
Daarnaast, de schroeven moeten ook aangepast worden aan de te behalen snelheid.
Stel, je hebt drie van die dikke buitenboordmotoren, en je boot haalt daar met alles perfect op elkaar afgesteld 100 km/u mee: motoren in het optimale toerengebied, schroeven perfect, romp helemaal getrimd.
Valt er een motor uit, kakt de snelheid in, raken de schroeven uit hun optimale werkingsgebied, zakken de motoren onder hun optimale werktoerental, en ondanks dat je 1/3 van het vermogen verliest, zijn de overgebleven motoren dus niet in staat aan hun specs te voldoen, en de snelheid kakt volledig in elkaar.
Meestal hangen drie van zulke motoren achter zo'n RIB, om de boot "oempfh" te geven om door de branding heen te komen, of domweg om er zeker van te zijn dat er altijd twee motoren overblijven, of voor de manouvreerbaarheid, of om bijvoorbeeld toch nog een beetje trekkracht te hebben voor bergingswerk.
Of zelfs puur voor de show....
Want met 3 van die dikke jongens achter je boot, moet je al serieus rekening gaan houden met eventuele problemen met het zwaartepunt van de boot....
Groet, Bert