Omdat ik alleen maar "vaste" 10S pakketten heb ben ik dit probleem eerder tegengekomen & vanalles mee uitgeprobeerd. De Star-Ranger had het accupakket ook uit het midden liggen. En in de praktijk bewezen ligt de heli dan vlakker.
Wel nog een vraagje Bert, ik lees in de laatste Rotor over een 4-blads BO-105. Daar staat dat je (statisch gemeten) een 90 graden phasing in moet stellen, maar dit in de praktijk altijd op minder uitkomt (zo'n 60-65 graden) om het ding rechtuit te laten vliegen. Hier begrijp ik niets van. Jij enig idee? Ik heb zelf nu 45 graden phasing gemeten & ingesteld op de 5-blads rotorkop.
Groeten, Marco.
Het enige wat ik over die accuplaatsing nog kan zeggen is dat als je de accu links of rechts legt, moet je een tegen-rolmoment opwekken met de hoofrotor (swash) om de heli in ligging te houden. Voor een rolmoment zitten de cyclische uitslagen aan de voor en achterkant van de heli. Linksdraaiend, en de accu aan de rechterkant, moet dan het voorste blad negatief worden, het achterste blad positief. Aangezien je niet met nul putch hoovert, heeft het achterste blad dus meer weerstand dan het voorste, en dat levert een zijdelingse kracht op naar....Euhh.... links... precies de kant die je nodig hebt om de zijdelingse kracht van de hekrotor (gedeeltelijk) te compenseren....
Ahum.... Verdomd, je hebt nog gelijk ook! Echter, het kost wel meer vermogen (zal niet heel veel zijn) want de swash zal niet neutraal staan....
Sorry da'k er weer eens zo eigenwijs door heen kwam lullen, maar bij dit effect had ik even niet stil gestaan.
Wat de phasing betreft: da's een best lastig verhaal, en er is veel kans op misverstanden. Het is ook een lang verhaal, maar jullie zijn denk ik niet anders van mij gewend....
Feitelijk is de phasing voor iedere heli gelijk, en de waarde is theoretisch vast op 90 graden
achterlopend op de stick.. Dat wil zeggen: als je de stick naar voren duwt, moet de neus naar beneden. Gevoelsmatig zeg je dan dat het blad wat recht naar voren wijst, negatief moet worden. In werkelijkheid dus niet: Dan moet je de rotor 90 tegen de draairichting in draaien, en DAAR moet het blad negatief draaien (zijn maximale negatieve cyclische uitslag hebben). Dit even om duidelijk te maken, dat phasing altijd gerelateerd is aan de beweging van de stick in relatie tot de positie van het blad wat beïnvloed word.
Vaak praten we over een phasing van 45 graden, als de tuimelschijf 45 graden scheef op de stick beweegt, maar dan verzorgt de constructie van de kop de overige 45 graden. Daarom is het beter om gewoon te praten over de hoek tussen "stick" en "blad", dat is eenduidiger.
Er zijn echter wat invloeden die lichte invloed hebben op het gedrag van de heli, zoals de eigenschappen van de bladen (hoe snel word de lift opgebouwd) maar
vooral de invloed van de luchtstroming gooit roet in het eten.
Je weet waarschijnlijk, dat de heli bij voorwaartse snelheid de neus opsteekt. Je moet dus continue wat nick voorover houden bij fast forward flight. Dit is effect 1 en word veroorzaakt door de ongelijke luchtsnelheid over de bladen: het voorwaarts draaiende blad levert meer lift, en dus wil de heli achterover (2e tolwet: een moment, uitgeoefend op de as van een draaiende tol, openbaart zich als een precessie-beweging van die as die de richting heeft
alsof de kracht 90 graden met de draairichting van de tol meegedraaid is)
Effect 2 staat hier helemaal los van, en dat is de "flow induced roll" die de heli naar rechts wil rollen (rechts voor jouw heli, de rolneiging is altijd TEGEN de draairichting van de rotor in, dus bij rechtsdraaiende rotor is het naar links). De verklaring hiervoor is wat lastiger: het word veroorzaakt, doordat de heli aan de bovenkant van de rotor lucht "aanzuigt". Als je stilhangt is dit gelijk over de rotor verdeelt, maar als je vliegt, dan passert de heli een punt in de ruimte, en tijdens het passeren versnelt de lucht in neerwaartse richting doordat de rotor er onderdoor passeert. Hierdoor word het voorste blad getroffen door lucht met verticale snelheid nul, het achterste blad met lucht die al een zekere neerwaartse snelheid heeft. Dit achterste blad heeft dus een licht kleinere effectieve invalshoek, en levert dus minder lift.
Het gevolg is dan die "flow induced roll". (alweer ook hier die 2e tolwet van toepassing)
Nu de combinatie: je vliegt vooruit, en je moet nick voorover geven om de neus vlak te houden, en je moet licht roll houden om die flow induced roll te compenseren. In de praktijk inderdaad ongeveer in de verhouding 2 eenheden nick, 1 eenheid roll (bij mijn grote BO 105 in elk geval wel), en uit goniometrie volgt, dat je dan inderdaad ergens in de buurt van de 60 graden of 30 graden zit, afhankelijk van of je uitgaat van de feitelijke hoek of "90 graden minus de correctie".
Dus als je de phasing ongeveer 60~65 graden maakt, krijg je dat je dan de heli vlak houd met uitsluitend "nick" en de heli goed rechtuit loopt. Als je het artikel (post #1) van "meerbladskoppen afstellen en vliegen" goed doorleest, dan zul je dat verhaal tegenkomen als "de methode van Ben (Mantra)".
Het voordeel van deze methode is dat de heli over een groot snelheidsbereik relatief neutraal rechtuit loopt. Er zit ook een nadeel aan.
De heli nickt en rolt alleen zuiver bij phasing (ongeveer) 90 graden. Dit geld ook voor voorwaartse vlucht. Ga je nu die phasing op 65 graden zetten, dan vliegt de heli netjes rechtuit, maar reageert op rolcommando's met een lichte up of down neiging, en op up en down met een lichte rolneiging. M.a.w. het vliegen word er wat asymetrisch door. Dit is een kwestie van wennen, veel mensen vliegen zo en die kunnen er prima mee overweg
Hooveren word ook licht "scheef" en ook dit went redelijk snel, omdat je tóch continue met zowel nick als roll in de weer bent, en de correcties, en dus ook de afwijkingen maar klein blijven.
Hou je de phasing op die (ongeveer) 90 graden, dan vliegt je heli ontzettend krom in voorwaartse vlucht (je moet continue zowel roll als nick voorover houden) en dat vliegt ook niet echt prettig, maar de heli stuurt wel min of meer symetrisch.
Als je deze methode gebruikt, is het sterk aan te raden om een tweede geheugen te gebruiken, waarin de heli voor kruissnelheid neutraal getrimd is (dit is wat de "grote" luchtvaart doet, en wat ook Uli Streich (Vario) aanraadt)
Zelf geef ik sterk de voorkeur voor die laatste, omdat het voorover trimmen van de heli er toe leid, dat de snelheid een beetje zelfregulerend word: daalt de snelheid dan duwt de heli uit zichzelf de neus naar beneden, loopt de snelheid teveel op dan steekt ie vanzelf de neus omhoog, en trek je in de landingsaanvlucht de pitch terug, dan mindert de heli vanzelf vaart zonder de neiging "stil te vallen" (wat de heli heel sterk wil doen als je zónder die tweede trim werkt).
Dit zelfregulerend effect is niet heel sterk, maar ik kan mijn BO 105 aan de ene kant van het vlieggebied uit de bocht trekken en vlak leggen, de sticks loslaten, en het ding loopt geheel uit zichzelf kaarsrecht naar de andere kant van het vlieggebied, en dat absoluut zonder E-stab. Je praat dan over 10~15 seconden ongestuurd en stabiel rechtuitvliegen. (moet het niet al te turbulent zijn uiteraard). Ook de landingsaanvlucht vergt maar weinig correctie, alleen bij de overgang van vliegen naar hooveren moet je even goed opletten.
Groet, Bert
EDIT, PS: bovenstaand is uiteraard uitsluitend geldig voor non-Estab. Als het goed is zou een E-stab die rolneiging en nose-up neiging nagenoeg volledig moeten onderdrukken, en dan moet de phasing gewoon op de vaste waarde van 90 graden (tussen stick en blad, kan dus anders zijn tussen stick en swashplate) moeten zijn. Durf ik niet met 100% zekerheid te stellen wegens gebrek aan ervaring met E-stab, maar zou theoretisch moeten kloppen