De carburateurs zijn volgens het overloopprincipe. Brandstof wordt rond gepompt door een membraampomp, die zit onder het balgje (dat doorzichtige dopje). De sproeier zuigt de benodigde brandstof door het vacuum van de aanzuiging van de motor naar binnen. Wat teveel aan brandstof is, wordt doorgepompt richting de tank via de retourleiding (onderste slang).
Wat Mari ook zegt, de 813 heeft ook dat balgje erop zitten. Het enig verschil is dat de 813 geen choke-klep heeft en dus minder werveling bij de aanzuiging van lucht. Hierdoor krijg je een rustigere luchtstroom voor de sproeier. Verder heeft de 813 een extra gaatje in de as waar de zogenaamde acceleratiepomp zit. Als d gasklep helemaal dicht is en je geeft ineens gas, wordt het kogeltje ingedrukt waardoor er extra benzine in de toevoer wordt gegoten (letterlijk, dit gaat buiten de sproeier om). Hierdoor ontstaat een extreem rijk mengsel waardoor je sneller op kunt trekken. Eenmaal ingedrukt werkt de 813 weer gewoon als een 603.
Klokken en klepels, en dan te bedenken dat ik in een grijs verleden nog eens iets met motorvoertuigentechniek gedaan heb. Ik snap nu waarom ik iets anders ben gaan doen... iemand nog vragen over paravirtualisatie? :rolling: