Is hier in het verleden op het forum al flink besproken.
Is de buisdiameter klein is er geen vrije flow.
Het water plakt aan het glas.
Het glas is dan bijna een capillair.
Incorrect! Dat is niet wat er gebeurt.
Wat er gebeurt is dat lucht en stoom niet mengen, en die lucht raakt ingesloten door van boven komend condensaat. Waar lucht is vind geen condensatie plaats, en DAT belemmert die vrije doorstroming.
Door o.a. de oppervlaktespanning van water, blijven die luchtbellen ook op plekken waar je ze niet kunt zien (onderste armatuur) in de doorgangen "hangen" en belemmeren zo dat het water in het peilglas het ketelniveau volgt. Luchtbellen in het glas zelf maken dat de kolom in het glas lichter is dan het water in de ketel, waardoor het glas hoger aangeeft dan de waterstand van de ketel. Die twee effecten wisselen elkaar af en tellen soms bij elkaar op.
Vaak loopt het stoomkanaal van het bovenste armatuur horizontaal, en zal daar een druppel condensaat vormen die niet af wil voeren omdat er IN het glas geen condensatie plaatsvindt, want lucht condenseert niet. Is er geen lucht in het glas maar stoom, dan zal de continue condensatie in het glas die druppels naar binnen zuigen en dat kanaal niet "afsluiten" maar als er dus wél lucht is, dan blijft die druppel daar liggen, en alweer, de oppervlaktespanning van die waterdruppel kan soms zomaar anderhalve cm waterkolom tegenhouden.
Zodra je die lucht uit het glas weet te krijgen, geeft het glas normaal aan, ongeacht hoe klein de diameter (al zal er gerust 1 a 2 mm afwijking zijn vanwege die capillaire werking, maar meer is dat ook niet).
Je kunt lucht herkennen doordat druppels condensaat die van boven het glas in rollen niet "aansluiten" op de reeds staande waterkolom, en die luchtbel niet of nauwelijks van grootte verandert. Een stoombel klapt namelijk binnen 1 seconde in elkaar door condensatie.
Om lucht uit het peilglas te krijgen moet je VOOR het opstoken de ketel flink kantelen om de luchtbellen uit het onderste armatuur te krijgen, en daarna tijdens "eerste stoom" het peilglas aan de top afblazen. Stoom is namelijk fors lichter als lucht, en zal niet uit zichzelf in het glas indalen en de lucht verdringen. Bij dat afblazen druk je het water omhoog in het glas en dat drukt de lucht er uit.
Alternatief kun je het glas ook aan de onderkant aftappen, en dan druk je met stoom van bovenaf die lucht er uit, maar daarbij loop je het risico dat het glas knapt door de sterke temperatuurwisseling: Er is namelijk tot aan dat moment nog geen condensatie gaande in het glas, en het glas kan dan soms nog gewoon omgevingstemperatuur zijn. Blaas je daar hete stoom doorheen, tsja... Ik heb in het grootbedrijf op die manier wel eens peilglasvensters om mijn oren gehad. Niet leuk.
Bij mijn eigen Chinese keteltje vertikt die lucht het uit zichzelf hardnekkig om uit dat glas op te zouten, en ik stook mijn keteltje daarom altijd op met losse peilglasdop, net zo lang tot ik het water helemaal omhoog gedrukt zie worden. Als ik daarna de dop weer aandraai, geeft het glas gewoon goed aan. Ik zie dan continue condensatie tegen de binnenkant van het glas, en om de paar seconden een dikke druppel die van bovenaf het glas in rolt, en onmiddelijk "aansluit". Dan wéét ik dat de niveauaanduiding goed is. Zie ik luchtbellen, of geen condensatie in het glas, dan kan het gerust zo zijn dat het glas vol staat maar de ketel tot onder de onderste aansluiting gedaald is.
Ik vind dat maar niks, dat geklier met die dop, maar voor nu moet ik wel want een niet werkend peilglas is nog gevaarlijker, en wil daar een afsluiter in plaatsen, met een afvoerleiding naar de voedingwaterbak. Maar dat is iets voor volgend verlof.