Qua klassieke talen moet ik bekennen een drop-out te zijn. Ik ben van 3 bèta (gym dus) naar 4 B (men vond dat men de exacte kant van het atheneum (en géén athenaeum volgens het groene boekje) niet met het latijnse bèta kon aanduiden, raar want bij wis- en natuurkunde stikte het van de alfa-, bèta- en gamma-aanduidingen) gegaan, enerzijds omdat ik dan meer vakken kon volgend die me meer interesseerden (biologie en economie) en anderzijds omdat ik psychische trauma's had opgelopen door grieks en onaangekondigde overhoringen latijn over (geloof ik) de vijfde declinatie, waarvoor wij als voorbeeld Fructus gebruikten. Gelukkig is het al ver weggezakt, maar echte latinisten zullen mijn frustratie herkennen (alle vervoegingen leken op elkaar).
Ik zal hier voor het eerst de immer strict geheim gehouden gedachte achter mijn oude lijfspreuk Tanto quanto tanto tam onthullen. In de 2e, toen latijn en de leraar die het gaf nog leuk waren, hadden we een spreuk van de week, en daardoor onstond de rage dat iedereen ook zelf een eigen spreuk in het latijn, althans, meestal potjeslatijn, analoog aan het toen erg populaire steenkolen engels van John O'Mill, bedacht. Erg leuk was bijvoorbeeld die van Ben Vroom: "Sum sum pius, sed non pius sum", wat letterlijk vertaald betekend "Ik ben Ben Vroom, maar ik ben niet vroom". Mijn spreuk kwam uit het eerste leerboekje. Er stond op een gegeven moment dat "quanto ... tanto ..." betekende "hoe ... des te ..." in de zin van bijvoorbeeld 'hoe zoeter des te lekkerder'.
In het nederlands werd, al dan niet correct, echter ook vaak gezegd 'des te zoeter des te lekkerder'. Toen ik de boel een keertje per ongeluk omdraaide kreeg je 'des te hoe' waarop ik er automatisch achter plaatste 'des te zó', wat zich mooi in potjes latijn te vertalen liet als tanto quanto tanto tam. Het is natuurlijk absolute onzin, maar het heeft voor mij altijd zo iets betekent van "zo is het gewoon, en niet anders".
Voor wie nog geen genoeg heeft van mijn gewauwel, Eucalypta heeft op zich niets te maken met de Eucalyptus boom, maar is de eigennaam van de Heks uit Paulus de Boskabouter. Het moet dus geschreven worden zoals de schrijver (Jean Dulieu) het bedacht heeft en dat is Eucalypta en niet Eucalipta. Hoewel het niet per se hoeft te zijn dat hij zich door de Eucalyptus boom heeft laten inspireren, maar aannemelijk is het natuurlijk wel, maar hij bepaalt hoe hij dat in de naam verwerkt. Mijn favoriete figuur uit die boeken was overigens de uil Oehoeboeroe, ook een leuke naam voor een LB model! Hoewel ik taal erg leuk vind ben ik ook weer niet iemand die grammatica's voor de lol leest, en zo weet ik niet eens hoe het zit met het meervoud van eigennamen, maar als je dus weet wat het meervoud van Maria is, weet je ook wat het meervoud van Eucalypta is. Ik denk dat het gewoon Eucalypta's is, maar beredeneren kan ik dat (nog) niet. De volgende vraag is dan wel of, als je een voorwerp, een ding dus, noemt naar de eigennaam van een een uniek persoon (waar er eigenlijk niet méér dan één van zijn), of de meervoudsvorm dan verandert. Ik weet het niet, maar ik hoop nog eens de tijd te vinden om het uit te zoeken.