Over de helling van de grote mast: de mast "valt" een duim per voet. De grote mast is 80 voet lang, dus valt hij 80 duim, gedeeld door 11 is 7,3 voet. De tangens van deze hoek is 7,3/80, de hoek is daarmee ongeveer 5 graden, zo ook op dit model.
Hoving schrijft dat men een schietlood gebruikte. Ik weet alleen niet op welk moment tijdens de bouw; lag het schip nog op de helling, dan was de kiel achteraan hoger dan vooraan. Eenmaal in het water zou de kiel achteraan lager liggen dan vooraan, dus voor het oog zou dan de mast nog verder achterover hellen.
Hoe dan ook, de getoonde gravure uit Witsen toont sowieso een te sterk achterover hellende mast, dat klopt niet met zijn tekst.
Hoving schrijft dat men een schietlood gebruikte. Ik weet alleen niet op welk moment tijdens de bouw; lag het schip nog op de helling, dan was de kiel achteraan hoger dan vooraan. Eenmaal in het water zou de kiel achteraan lager liggen dan vooraan, dus voor het oog zou dan de mast nog verder achterover hellen.
Hoe dan ook, de getoonde gravure uit Witsen toont sowieso een te sterk achterover hellende mast, dat klopt niet met zijn tekst.